28 juni 2015

Sparen van je bijbaan?

Mijn neefje is aan het solliciteren. Ik heb nu al 15 jaar de tijd om eraan te wennen dat hij steeds groter wordt, dus nog een keer: Mijn neef (15) is aan het solliciteren. Als hij het bijbaantje krijgt, heeft hij straks voor het eerst salaris. Wat heeft hij op dit moment aan de Mister-Money-Mustache-principes?

Het is duidelijk dat er een paar mooie algemene lessen in zitten waar je bijna niet vroeg genoeg mee kunt beginnen. Dat zijn wat mij betreft:

1. Houd het leuk (oftewel: geniet van het leven)
2. Maak geen schulden

Ik begin al een beetje te twijfelen bij ‘Bespaar’ en ‘Koop geen dingen die je niet nodig hebt’. Natuurlijk is het goed als hij vroeg leert om zuinig te zijn, maar ik denk ook ‘laat hem lekker’. Erover nadenkende kom ik tot het volgende: Hij heeft het recht om hierin zijn eigen ervaringen op te doen en daarvan te leren. Hij heeft ook recht op goede tips, kennis en ervaring en mag dan vervolgens zelf beslissen wat hij ermee doet. Ik zou hem wel actief behoeden voor het maken van schulden als het mijn zoon was (dat kan ik gelukkig met een gerust hart aan mijn grote zus overlaten).

Zelf ben ik erg gecharmeerd van het idee dat als je 17 jaar lang 50% van je inkomen spaart, je niet meer hoeft te werken. Maar als hij daar nu mee begint, gaat het niet op voor hem. Hij hoeft namelijk niet te leven van zijn salaris. Het meeste wordt betaald door zijn ouders. Over 17 jaar is dat heel anders. Ander punt is dat je daarvoor moet beleggen. En dat is niet rendabel met een klein bedrag. Ik weet niet wat je verdient als 15-jarige, maar ik denk dat 50% van wat hij in een jaar kan verdienen niet voldoende is voor een startbedrag dat opweegt tegen de kosten van beleggen.

Wat hij nu kan sparen zal marginaal zijn als hij zelf in zijn levensonderhoud moet voorzien. Het lijkt dan ook niet zinvol om daarvoor al te gaan sparen. Hij kan natuurlijk wel sparen voor een wat grotere uitgave, bijvoorbeeld een nieuwe telefoon of een brommer (ik hoop niet dat hij dat wil trouwens, maar dat is wat anders).

Is het nou toch zinvol voor hem om een soort buffer aan te leggen? Ik denk het wel, want ook een bijbaantje kun je kwijtraken en dan is het prettig als je je uitgavenpatroon a) niet gebaseerd hebt op je volledige, dan inmiddels voormalige, loon en b) niet meteen helemaal naar nul hoeft bij te stellen.

Ik weet helemaal niet wat hij van plan is en of het hem snel lukt een baantje te vinden. Als ik hem weer zie toch maar eens met hem over hebben. Ben wel benieuwd hoe hij tegen sparen en uitgeven aankijkt. En ik denk dat ik hem dan ook maar aanraad om eens op de site van Mister Money Mustache te kijken.

26 juni 2015

Tic Tic Tic BOEM

Ik dacht dat het alleen maar onhandig was, dat de batterijvan mijn telefoon zo snel leegliep. Maar het bleek ook een voorbode van een potentiële ontploffing. Meneer Money Wenkbrauw constateerde een ‘opgezette’ batterij –hij stond bol als een pak zure melk-, en vaardigde een verbod uit op langer dan een half uur achter elkaar laden.

En dat terwijl ik er eigenlijk nog steeds niet uit was wat ik nou wilde. Een nieuwe telefoon, een tweedehandse, en welke versie dan, of een nieuwe batterij. Allerlei speculaties over mogelijke levensduur van de varianten in combinatie met laagste-prijs-zoektocht bij elke variant maakte het keuzeproces wat lastig. Maar nu moest er snel gekozen worden, want het belt toch wat onrustig met een kan-elk-moment-ontploffen-unit aan je oor.


Uiteindelijk was het simpel: ik heb geen nieuwe telefoon nodig, ik heb een nieuwe batterij nodig. Dus voor 12 euro (incl. verzendkosten) heb ik nu weer een werkende telefoon met de functionaliteiten die ik gebruik (bellen, kiekjes, whatsapp, navigatie, calculator, wekker, e-reader). Hij mag zo lang aan de lader als ik wil, maar dat is helemaal niet nodig.

24 juni 2015

Uitbetaaldag (juni)

Het is weer Uitbetaaldag. Ik heb inmiddels mijn saldo de voorgeschreven drie keer gecheckt en de derde keer gezien dat mijn salaris werkelijk is bijgeschreven. Hoera! Lekker die dopamine :)

Ik was toch ingelogd dus ik heb het geld dat ik over heb van juni (of eigenlijk van het salaris dat ik eind mei gekregen heb) overgemaakt naar mijn spaarrekening als extra spaargeld. En mijn werkgever heeft alle sigaren uit eigen doos die hij me sinds januari had moeten geven nu uitgekeerd. Geen wereldschokkend bedrag maar toch nog 127 euro extra naar de spaarrekening. Nog even doorsparen en dan is mijn spaarbedrag groot genoeg om eindelijk te gaan beleggen.

21 juni 2015

Voordeelurenabonnement

“Het bedrag wordt rond datum X van uw rekening geschreven.” Het stond in de brief van de ns over mijn voordeelurenabonnement die ik een week of twee geleden kreeg. Ik dacht heel kort na of ik dat abonnement nog wilde (ja) en nam het verder voor kennisgeving aan.
Gisteravond realiseerde ik me ineens dat ik mijn rekening tegenwoordig vrij strak afroom. En dat ik afgelopen week geen tijd heb gehad (gemaakt) om mijn rekening te checken. Oeioei zou dat wel goed gegaan zijn? Vanochtend gecheckt , en er is niks aan de hand: geld nog niet afgeschreven en het had nog gekund ook. Dat laatste is mooi, want het gaat binnenkort natuurlijk wel een keer gebeuren.

Ik heb meteen even wat beter nagedacht over het abonnement. Het kost tegenwoordig iets meer dan 60 euro. Volgens mij kostte het rond de 45 euro toen ik het in 2000 aanschafte. Dan is de prijs dus met een euro per jaar gestegen. Maar daar gaat het nu niet om. Is het mij die 60 euro waard en zijn er geen betere abonnementen voor mij?

Met het voordeelurenabonnement krijg je na 9:00u en in het weekend 40% korting. Ik reis zeker vaker dan 10 keer per jaar grotere afstanden met de trein (naar familie). Met de korting op die reisjes heb ik mijn voordeelurenabonnement er al uit. Maar kan het goedkoper?
Een dal-abonnement is 11 euro goedkoper maar je krijgt op werkdagen ook geen korting tussen 16:00u en 18:30. Dat zijn net de uren dat ik die reisjes vaak maak, recht vanuit kantoor. Op zich zou ik kunnen wachten tot 18:30, er is altijd genoeg te doen. Maar ik wil juist een beetje op tijd vertrekken om na de reis nog wat aan de avond te hebben.

Tijdens deze exercitie beseft Meneer Money Wenkbrauw, die mij druk doende met allerlei tarieven bezig hoort, dat zijn abonnement te duur is. Hij heeft een dal-urenkaart, reist sporadisch met de trein en dan ook nog vaak tijdens de niet-dal-uren. Kaart ooit aangeschaft met korting, maar inmiddels verlengd voor het volledige bedrag.
Als hij wil opzeggen via ‘Mijn NS’ kan dat niet wegens regulier onderhoud. Ongelooflijk, dat je niet een systeem hebt dat je zonder overlast voor de klant kan onderhouden. Het kan wel telefonisch overigens.
Het is ons trouwens ook niet duidelijk of de verlening steeds automatisch voor een heel jaar is. Bij telefoonabonnementen mag dat niet meer toch? Die zijn na de afgesproken contractduur maandelijks opzegbaar.

Meneer Money Wenkbrauw baalt. Zijn remedie is muziek maken. Daar heb ik dan wel weer geluk mee, want ik vind het leuk als hij muziek maakt. Maar ik vind het leuker als hij blij is en muziek maakt.

20 juni 2015

Belastingherziening

Het gemiddelde huishouden gaat er 800 euro op vooruit. Het staat op nu.nl. Sjonge 800 euro. Ik vind dat ik mezelf niet rijk reken als ik het eerst halveer omdat het plan vast wat positiever gebracht wordt dan het uiteindelijk zal uitpakken (inclusief amendementen door oppositie), en vervolgens nog een keer halveer omdat het een gemiddelde is en er dus ook mensen minder krijgen. Blijft over 200 euro. Toch mooi meegenomen. Hoef ik niets voor te doen. Dat betekent ruim 7 procentpunten bij mijn bespaarcentage elke maand. Dan zou ik ineens naar de 60% springen. Dat is te mooi om waar te zijn. Inderdaad.

Het gaat niet om een bedrag per maand, maar een bedrag per jaar. Logisch natuurlijk, maar ik reken gewoon nooit in bedragen per jaar.

Geeft niets overigens. Motiveert om zelf aan de slag te gaan, verantwoordelijkheid te nemen. Dit weekend eindelijk weer tijd om na te denken over en dingen te doen die me echt verder brengen. Ik ga aan de slag!

13 juni 2015

To bieb or not to bieb

Ik houd van lezen. Als mijn moeder me vroeger kwijt was, zocht ze me in de bieb. Daar vond ze me meestal ergens in een hoekje met een boek. Toch heb ik al een tijdje geen abonnement meer op de bibliotheek. Ik houd namelijk ook van boeken. En wel op een manier waarvoor het min of meer randvoorwaarde is dat die boeken van mij zijn. 
Hoe leg ik dat uit? 
- Ik sorteer en categoriseer, heb een database met voor mij relevante informatie van die boeken. 
- Ik ga op een kruk voor mijn boekenkasten zitten, eerst kijken, en dan trek ik de eerste uit de kast omdat ik een bepaalde passage nog eens wil lezen, en een uur later liggen er her en der opengeslagen boeken op tafeltjes en op de grond, fictie en non-fictie door elkaar, want schreef die schrijver ook niet iets over dat thema, en wat betekent dat woord eigenlijk precies?

Ik ben een ongelooflijke mazzelaar en woon in een huis waar vroeger een boekwinkel in zat: een ruimte met een vide en galerijtjes met boekenkasten tot het vier meter hoge plafond. De kasten zijn gevuld met boeken, waarvan ik er heel veel heb gekregen sinds we hier wonen. Ik heb ze nog lang niet allemaal gelezen. Ik heb dus mijn eigen bibliotheekje, en geen behoefte aan een abonnement omdat ik in mijn eigen bibliotheek mijn hart kan ophalen (hoeveel mazzel kun je hebben).

Maar nu is de openbare bibliotheek naast ons komen wonen. Daarmee is de drempel een heel stuk lager geworden. Vorige week was de opening en zijn we even binnen gelopen. Wat een heerlijke plek! Boeken en gezelligheid in een monumentaal pand. Heel veel meer heb je niet nodig om mij gelukkig te maken. Onze logeetjes waren erbij en die vonden het ook prachtig. Zelfs Meneer Money Wenkbrauw had het naar z’n zin. “Hee, hier kun je games lenen.”

Dus nu denk ik erover om toch weer een abonnement te nemen. Het is absoluut niet nodig, maar wel heel leuk.

12 juni 2015

Plastic geld

Zojuist heb ik twee vuilniszakken met plastic afval ingeleverd en daar 60 cent voor gekregen. Het is een tijdelijke actie: voor elke kilo krijg je een kwartje. Ik was benieuwd wat het op zou leveren om mee te doen. En dus heb ik de afgelopen maand (ongeveer) braaf het plastic van het andere afval gescheiden.

Meneer Money Wenkbrauw was wat minder enthousiast. Ons afval gaat naar de afvalverwerking Rijnmond en Meneer Money Wenkbrauw heeft gehoord dat ze soms olie bij het afval moeten spuiten als het niet brandt (omdat er geen plastic meer tussen zit). Bovendien is Meneer Money Wenkbrauw een groot voorstander van automatisering: scheiding door de afvalverwerker is een stuk efficiënter dan scheiding door particulieren maar minder rendabel als particulieren ook al scheiden. Daarmee zou de winst van scheiden wel erg klein of misschien zelf negatief worden.
Helemaal in het begin was Meneer Money Wenkbrauw overigens nog wel even enthousiast: een kwartje per kilo is een goede prijs, als we nou goedkoper plastic inkopen op grote schaal en ... De ondernemer in hem slaapt nooit, maar let gelukkig ook op de lange termijn en dan is dit toch niet zo'n goed plan.

Ga ik ermee door? Ik weet het nog niet. Afgelopen maand heb ik gemerkt dat het plastic qua volume een groot deel van ons afval vormt (terwijl wij toch heel veel bananenschillen -om maar eens wat te noemen- 'produceren'). Dat motiveert om het te scheiden. Maar een kenmerk van Meneer Money Wenkbrauw is dat hij vrijwel altijd gelijk heeft (dat is meestal handig en interessant, soms irritant). Ik vind het best wat gedoe en als het dan eigenlijk nauwelijks milieuwinst oplevert, ... voor die 60 cent hoef je het niet echt te doen.

Hoe het ook zij, de actie heeft in ieder geval één positief effect: ik let bij het boodschappen doen nog meer op of (plastic) afval te vermijden is. Wel op een slimme manier: als ik bijvoorbeeld komkommer koop die dezelfde dag opgaat, hoeft er geen plasticje om, als ik hem pas over een paar dagen ga gebruiken, dan wel graag met plastic, want eten weg moeten gooien is nog erger.
O, en een ander leuk neveneffect: de jongeman die het plastic in ontvangst nam, was een vrolijkerd met een grote lach op zijn gezicht, die ook nog eens een leuke opmerking over mijn schoenen maakte. En zoals laatst ook al op Huisvlijt te lezen (en zien) was: lachen is aanstekelijk, dus Mevrouw Money Wenkbrauw is met een smile op haar gezicht terug naar huis gefietst.

10 juni 2015

Liefde en een beetje geld

Drukke tijden. We gaan komende tijd regelmatig twee logeetjes krijgen: een jongetje van viereneenhalf en een meisje van tweeëneenhalf. Waar het voor incidentele logeetjes wel eens leuk is om in een grotemensentweepersoonsbed te slapen, vinden we dat voor regelmatig logeren niet zo geschikt. Ook al omdat het logeerbed in een wat rommelige kamer staat.
Paul en Erika krijgen meer een eigen plekje. Maar we weten niet zeker hoe lang ze gaan komen en of ze misschien op termijn behoefte hebben aan aparte kamertjes. Daarom hebben we gekozen voor een tijdelijke oplossing: een gordijn in plaats van een muur. Hoewel het leren-naaien-plan serieus is, is het er nog niet van gekomen. Bottleneck is vooralsnog de ontbrekende naaimachine.
We hebben dus gordijnhaken rechtstreeks in het stof gestoken, zonder plooien te stikken en we hebben de gordijnen niet omgezoomd. We gaan zien hoe duurzaam dat is. Als het goed is, hebben we het snel genoeg door als het toch niet werkt en dan lossen we het op.

Daarnaast hebben we mijn oude peuterbedje en het geweldige kinderbedje van de jongens van mijn zus gekregen. Op zolder vonden we nog een sierlijke klamboe van een themafeestje en natuurlijk een hoop knuffels. Voor het raam hingen al Jip-en-Janneke-gordiijnen. De comode van de tweedehandswinkel die we al een tijdje in gebruik hadden als archiefkast is in zijn oude functie hersteld. (het archief ligt er wat verloren bij op zolder)
Er moeten nog wat puntjes op de i, maar het ziet er al heel gaaf uit (al zeg ik het zelf). We hebben het geluk dat we lieve mensen om ons heen hebben (we hebben van alles gekregen van broer en zus) en dat we veel ruimte in huis hebben. Zo hebben we met weinig geld, maar belangrijker: veel liefde een plekje gemaakt voor de kinderen. Ik hoop dat ze zich thuis gaan voelen.



7 juni 2015

Magie

Je geld groeit vanzelf. Ik vind dat wonderbaarlijk. Ik heb het over mijn spaarrekening. Zelfs nu de rente zo schrikbarend laag staat, groeit het geld toch. (Overigens niet tegen inflatie + belasting op, dus daarom moet je ook zo veel mogelijk beleggen, maar dat is nu even het punt niet. Voor de magie van het blog, moet je gewoon even denken dat ik nog onder de belastingvrije voet zit, want tegen alleen de inflatie kan de spaarrente nog wel op.)

Toen ik met mijn snelmetpensioenplan begon, heb ik een nieuwe spaarrekening met de hoogste rente geopend om mijn bestaande spaargeld op te zetten. Vervolgens heb ik al dat geld vastgezet in deposito’s bij die bank voor nog meer rente. Ik heb dat in de loop van ongeveer twee maanden gedaan.

De spaarrekening keert maandelijks rente uit. De rente van de eerste maand is in de tweede maand meegegaan in een deposito dat ik tegen het einde van de tweede maand heb geopend. Daarna was de spaarrekening helemaal leeg, saldo 0, zegge nul. Maar toen werd het de eerste van de maand, en simsalabim, daar stond ineens 65 cent op de spaarrekening. Ik weet het, dat is peanuts. Maar het idee vind ik magisch. Als ik het goed berekend heb, komt er over drie maanden nog een cent bij. Dat is zelfs niet eens peanuts, dat is een minuscuul peanut-kruimeltje. Maar het is een cent waar ik helemaal niets voor heb hoeven te doen.

Ik weet dat het rendement van sparen (op het moment) te laag is.
Ik weet dat ik er misschien niets voor hoef te doen, maar dat ik wel de bank de mogelijkheid geef om iets met mijn geld te doen, en dat zij daar het rendement van opstrijken, en dat dat hoger is dan de rente die ze uitkeren.

Toch maakt het me even blij.

5 juni 2015

Nieuwe telefoon

Ik moet op zoek naar een nieuwe telefoon. Het is jammer want ik heb geen behoefte aan een hippere of snellere telefoon. Ik vind het prettig dat mijn huidige telefoon niet meer de nieuwste is en ik dus niet heel erg hoef op te letten wat ermee gebeurt.
Maar ja, de batterij is niet meer goed. Hij houdt het nu geen halve dag meer vol na een hele nacht aan de lader en dat is toch te ongemakkelijk.
Straks als ik tijd heb, maar eens op zoek naar een telefoon met goede prijs-kwaliteitverhouding. Ik heb ervoor gereserveerd dus wat dat betreft is het niet erg, maar ik houd het geld het liefst zo lang mogelijk op mijn rekening.

3 juni 2015

Het gevaar van voorraad

De pindakaaspot is leeg. Dat dacht ik gisteren toen ik de supermarkt in liep. Het schap met de pindakaas die ik wilde was helaas leeg (want in de aanbieding). 'Morgen een nieuwe poging' dacht ik.
Zul je net zien, Ik had zojuist superveel zin in pindakaas voor de lunch. De lege pot stond nog op het aanrecht (ik ben niet zo opruimerig). Ik draaide hem toch even open. Ha! Daar zat zeker nog voldoende in voor een halve boterham en daar had ik echt zin in. Uiteindelijk heb ik twee halve boterhammen dik besmeerd (was wat meer werk om alle kleine beetje bij elkaar te schrapen).
Als ik gisteren een nieuwe pot had kunnen kopen, had ik waarschijnlijk vandaag de oude pot weggegooid (glasrecycletas) en de nieuwe open gemaakt.

Champagne

Ik heb al eerder ergens bekend dat wij van champagne houden. Dat lijkt niet te passen in de levensstijl waarin je financiële onafhankelijkheid nastreeft, omdat het duur en niet noodzakelijk is. Enerzijds is dat helemaal waar: het kost best wat geld. Euro’s die je uitgeeft aan champagne (toch niet echt een eerste levensbehoefte) kun je niet bij je vermogen storten en leveren dus geen rendement om van te kunnen leven. Punt.
Maar er zitten een paar elementen aan die wel passen, ook rond champagne kun je besparen.

Tip 1: Koop je champagne zelf in Frankrijk bij een boer of een kleine coöperatie.
Het is een stuk goedkoper dan hier bij de slijter (13 euro in plaats van 25). Bovendien is het leuker en lekkerder. Je gaat bij boertjes langs en je proeft een glas. De grote huizen/merken maken een champagne voor een groot publiek die jaar in jaar uit hetzelfde moet smaken, lekker maar minder bijzonder. (De bijzondere flessen van de grote huizen zijn nog duurder.) De kleinere producenten zijn afhankelijker van hoe hun druiven dat jaar smaken, en verwerken veel meer hun eigen voorkeuren in hun champagne. Je bent dus op zoek naar een champagneboer met jouw smaak.
Natuurlijk kost het geld om naar Frankrijk te rijden en daar te verblijven tijdens het zoeken naar de lekkerste champagne van dit jaar. Voor ons is het echt een heerlijke vakantie en daar zouden we anders ook geld aan uitgeven.

Tip 2: Vraag vrienden en familie of ze niet toevallig ook een flesje of doosje willen kopen.
Als je doosjes voor anderen mee kan brengen, kun je een kleine opslag voor de benzine rekenen. Zo verdeel je de extra kosten die verbonden zijn aan het zelf halen, en wordt je champagne nog goedkoper.
Als je niet zelf naar Frankrijk wil rijden, kun je degene zijn voor wie extra meegebracht wordt. Ook met een kleine benzine-opslag is het goedkoper.

Tip 3: Koop ‘demietjes’/halfjes
Wij vinden het leuk om mijlpalen, dingen die bereikt zijn te vieren. Het leukst is om dat meteen te doen. Dus het komt wel eens voor dat we op bijvoorbeeld dinsdagavond iets te vieren hebben. Champagne past daar goed bij, maar een hele fles met z’n tweetjes is soms net te veel als je de volgende dag weer vroeg op moet om te werken. Champagne bewaren kan, maar het wordt toch altijd net iets minder en dat is jammer. Bovendien hebben wij meestal niet op dinsdag en woensdag iets te vieren (hoewel je altijd kunt vieren hoe mooi het leven is).
In Frankrijk (en misschien hier ook wel) zijn kleine flesjes te koop met de helft van de inhoud van een normale fles. Die zijn heerlijk voor een avondje met z’n tweetjes. Je hebt allebei twee glaasjes vol feestelijke belletjes. 
Of als je met meer dan twee bent, kun je twee verschillende halfjes open maken (twee keer een feestelijk moment) en de smaken vergelijken. Daarvoor hoef je geen verstand te hebben van wijn proeven. Het is gewoon leuk om te doen.
Het zijn ook ideale cadeautjes, zelfde prijscategorie als een fles wijn, maar bijzonderder (vind ik).


Tip 4: Doe waar je gelukkig van wordt.
Zoals ik al schreef: enerzijds is het helemaal waar: champagne past slecht in een levensstijl waarin je financiële onafhankelijkheid nastreeft. Anderzijds: Als je geniet van het bijzondere dat champagne is, sta het jezelf dan af en toe toe, als je het kunt betalen van je salaris. Jezelf iets ontzeggen omdat het te duur is, terwijl je het wel heel graag zou willen, vind ik niet financieel onafhankelijk (wel slim zolang je het niet kunt betalen).

Als je gelukkiger wordt van sneller met pensioen gaan dan van het af en toe drinken van champagne, stort je het geld lekker bij je renderende vermogen en geniet je daarvan.

2 juni 2015

Scholier

Vandaag was ik voor mijn werk op de Provada. Dat is een beurs voor vastgoedprofessionals. Ik heb daar als een scholier rondelopen. Nou heb ik niet de illusie dat mensen mij qua leeftijd nog in die groep plaatsen, maar er hing een grote rugzak op mijn rug.
Ik heb echt grotemensentassen geprobeerd, maar ik kan er gewoon niet mee omgaan. Bij alle andere tasvormen heb ik of een hand of een schouder in een bepaalde positie nodig om het ding op zijn plaats te houden, en dat vind ik heel onhandig. Goed, een rugzak dus.
Normaal als ik zakelijke afspraken heb, loopt het ding niet zo in de gaten, want zodra ik gearriveerd ben, gaat de rugzak op de grond. Maar op een beurs loop je rond en dan kan hij niet op de grond.

Er was een garderobe. Maar daar vroegen ze maar liefst 3,50 voor het opbergen van mijn tas. Dat vind ik duur, dat heb ik er niet voor over. Dus heb ik met mijn rugzak op mijn rug daar rondgelopen. Een beetje weirdo voelde het wel en rijk word ik er niet van want dit is een eenmalige besparing. Maar toch.

Goed voor de economie

Naar aanleiding van een artikel op samenbesparen over het effect van besparen op de economie, heb ik eindelijk het artikel van Mister Money Mustache daarover gelezen.
Ik geef hier mijn versie, zoals gebruikelijk beperkt tot en aangevuld met de zaken die ik begrijp, interessant vind of waar ik achter kan staan.

Is het niet slecht voor de economie om te besparen? De veronderstelling (dat zuinig slecht is voor de economie) ligt voor de hand. Als het over de economie gaat, hoor je vaak dat de consument de motor van de economie is, het gaat over consumentenvertrouwen en hoeveel of hoe weinig er uitgegeven wordt. Als ik en mijn buren en de buren van mijn buren, kortom als alle buren geen pizza meer laten bezorgen, gaat de pizzeria waarschijnlijk failliet. Dan hebben de mensen van de pizzeria geen inkomen meer en geven zij ook bijna niets meer uit en dan gaat de winkel waar zij altijd hun boodschappen deden failliet, enzovoorts.
Gelukkig hoeft het niet zo te gaan. Niet iedereen stopt van de ene op de andere dag met pizza’s laten bezorgen. Maar de pizzeria merkt wel dat er minder verkocht worden. Het zijn ondernemers en dus bedenken ze iets nieuws om geld mee te verdienen: verkopen van echte Italiaanse ingrediënten, workshops pizza maken, enzovoort.

Meer algemeen: omdat dit een geleidelijk proces is, kan de markt zich aanpassen. Echte ondernemers verzinnen nieuwe dingen die beter bij de doelgroep van besparende mensen passen. Maar nieuwe dingen verzinnen en ontwikkelen kost geld, het vraagt om investeringen. En laat dat nou net iets zijn, wat de vrije levensstijl, de snelmetpensioenlevensstijl bij uitstek faciliteert. Het geld dat bespaard wordt, gaat op een spaarrekening of wordt belegd, en kan gebruikt worden om investeringen te financieren. Supergoed voor de economie dus.

Als we echt allemaal gaan besparen, allemaal minder dingen gaan verbruiken, hoeft er minder geproduceerd te worden en hebben de producenten ook minder geld nodig om van te leven (want die besparen immers ook). Zolang dat proces geleidelijk gaat, en dat gaat het vooralsnog, kan de economie als geheel dat gewoon opvangen. Individueel zal het zo zijn dat sommigen er wel bij varen en anderen minder, maar dat geldt ook voor de consumptiemaatschappij, en ik denk dat het makkelijker overleven is in een wereld waar het gebruikelijk is om minder te consumeren.

1 juni 2015

Spaarrente (2)

Mevrouw Money Wenkbrauw vroeg aan de lezers wanneer zij met hun spaargeld schuiven. 6 geachte lezers antwoordden, en wel eensgezind: niet. Duidelijk verhaal.

Er wordt niet geschoven, omdat er rendabelere dingen zijn om met je geld te doen of omdat het toch bijna niets uitmaakt.

Ik snap allebei de argumenten. Toch schuif ik met mijn spaargeld als het renteverschil tussen mijn spaarbank en een andere spaarbank oploopt. Die andere spaarbank wordt dan mijn spaarbank. Als die andere bank tenminste voorwaarden heeft die voor mij aanvaardbaar zijn. Ik schuif sowieso alleen naar banken die onder het garantiestelsel vallen. 
Ik schuif met mijn buffer en reserveringen. Dat is geld dat ik niet wil gebruiken om te beleggen en aflossen hoeft niet meer. Buffer + reserveringen zijn gemiddeld net iets onder de 20-duizend euro (hangt van de stand van de reserveringen af). Als de hoogste rente die ik kan vinden dit jaar niet meer wijzigt, levert het schuiven me zo'n 90 euro op aan het einde van het jaar. Dat is niet zo veel, maar vind ik toch de moeite (omdat het niet zo veel moeite is).
Bovendien schuif ik ook een beetje uit principe. Als mijn bank de rente onder de 1% laat zakken terwijl andere banken (meervoud, dus niet één gekke-henkie-bank) nog 1,5% geven, dan ga ik schuiven. Ik denk namelijk dat de bank die de laagste rente geeft, iets niet goed doet. Ik vind het prima als er niet te veel risico's genomen worden en de rente dientengevolge niet al te hoog is. Maar de allerlaagste rente terwijl je één van de grootste banken van Nederland bent? (Ik heb het over Rabo) Dan denk ik dat je arrogant bent en dan haal ik mijn spaargeld bij je weg.

Verwarming

Het is verd#rie al juni en toch is er aanleiding voor dit blog. Gisteren weer bijna de hele dag de verwarming aan gehad. Ik ben een beetje een koukleum en we wonen in een oud en moeilijk te isoleren huis. Toch probeer ik de stookkosten niet uit de pan te laten rijzen door als ik het koud heb:
  • een extra trui aan te trekken, liefst met capuchon, dat laatste scheelt echt veel!
  • dikke sokken aan te trekken
  • de dikke gordijnen dicht te doen (maar niet altijd/allemaal want dan zit ik zo in ’t donker en ook nog eens afgesloten van de buitenwereld)
  • als het kan de haard aan te maken (als ik geconcentreerd moet werken, kan ik niet ook nog eens de haard bijhouden, en we hebben ook niet in elke kamer een haard).

Mijn werkkamer ligt direct aan de straat. Mensen die langslopen zien dus regelmatig een vrouw die binnenshuis met een capuchon op zit. En dan wordt mijn gezicht ook nog eens verlicht door het koude licht van het beeldscherm. Ben wel eens benieuwd wat ze denken :)


Ik kon gisteren de eerste twee uur zonder verwarming, maar toen was de net-uit-mijn-bed-warmte in mijn lichaam wel op en moest er iets gebeuren aan die 15,5 graden. Ik heb de verwarming op 18 graden gezet. Ik was computer’werk’ aan het doen (deels werk en deels lekker een beetje surfen en mijn blogs bijwerken). De verwarming heeft de hele dag aan gestaan. Maar vandaag ziet eruit als een mooie dag, en hoewel we vandaag niet thuis zijn, ben ik daar toch blij mee. Fijne dag, iedereen!