10 oktober 2017

Lokaal vs Keten

Vaak zie ik de oproep om lokaal te kopen. Dat vind ik sympathiek, maar het grote-keten-bashen waar het soms mee gepaard gaat, vind ik vervelend.


Koop lokaal

Soms zijn de oproepen simpel, gewoon ‘Koop lokaal’. Soms zijn ze ook creatiever.


Lokaal is Leuk

Ik vind het in principe een sympathieke oproep. Ik ken een aantal hardwerkende, lokale ondernemers en die gun ik alle omzet en winst die ze kunnen krijgen. Bovendien vind ik lokale winkeltjes leuk. Het zorgt voor afwisseling en verrassing in je winkelstraat. Naar de Bruna kan ik overal, naar het Schiedams Boekhuis alleen in Schiedam.

Ketens hebben ook een lokaal element
Wat ik aan sommige van die oproepen niet leuk vind, is dat ze expliciet oproepen om niet bij de grotere ketens te kopen. Dat vind ik onaardig. Bij de lokale vestiging van zo’n keten werken meestal lokale mensen, die verdienen daar ook gewoon hun salaris. Soms zijn het franchisers, dan zit er een lokale ondernemer achter die net als andere lokale ondernemers risico neemt en hard werkt om zichzelf en zijn personeel (als hij dat heeft) uit te kunnen betalen en zijn vestiging winstgevend te maken. Lokale werknemers en lokale ondernemers geven hun verdiende geld ook weer (deels) lokaal uit. Dus ik vind er niets mis mee als zij hun dagelijks brood en liefst wat meer verdienen in een keten.
Iets vergelijkbaars geldt voor online winkels. Daar werken ook mensen die ergens in een stad of een dorp wonen, lokaal dus, en die ook hun hypotheek of huur moeten betalen. Bovendien hebben door online winkels lokale bezorgers ook werk.

Goede piefen gun ik het ook
Natuurlijk gaat er bij ketens een deel van het geld naar CEO’s, hoofdkantoren en aandeelhouders, de zogenaamde hoge piefen. (Ik heb trouwens nog nooit van lage piefen gehoord, maar dat is wat off-topic.) De meesten daarvan zijn al rijk en ze verdienen ook nog eens meer dan de mensen op de werkvloer. Ik heb daar niet per se moeite mee. Wel als ze hun personeel tot het laatste dubbeltje uitknijpen, zelf niets toevoegen en toch veel geld opstrijken. Maar niet als ze goed leiding geven aan zo’n keten (en dat is dus ook het personeel goed belonen, en zorgen dat ze dat kunnen blijven doen) en/of risico nemen door er geld in te steken.

Toegevoegde waarde versus zielig
Wat ik aan sommige oproepen ook niet leuk en niet slim vind, is dat ze op sentiment spelen. ‘Koop bij je lokale ondernemer want hij is zo zielig.’ Dat vind ik respectloos naar de lokale ondernemer. Ik ga naar de lokale ondernemer omdat hij biedt wat ik zoek: een uniek product, goed advies, leuke sfeer, direct meenemen (in plaats van wachten op bezorging), dat soort overwegingen. De lokale ondernemer maakt keuzes die die elementen beïnvloeden, dat is de verdienste van die lokale ondernemer en daar verdient hij dus geld mee. Als hij keuzes maakt die niet aansluiten bij mijn wensen, dan hoef ik hem toch niet te belonen door er wel te kopen? Dan behoor ik misschien niet tot zijn doelgroep of als ik wel tot zijn doelgroep hoor, geef ik een verkeerd signaal door toch te kopen. Dan denkt de ondernemer dat hij de goede keuze heeft gemaakt, maar dat is alleen zo als medelijden zijn doel was. Medelijden is meestal niet zo duurzaam.
Absoluut te vermijden: de mevrouw die uit medelijden bij de SRV-man blijft kopen terwijl ze die spullen net zo goed mee kan nemen van de supermarkt waar ze toch naartoe gaat omdat de SRV-man niet alles heeft, en de SRV-man die er eigenlijk allang mee op wil houden (want niet of nauwelijks rendabel), maar die zijn paar trouwe klanten niet in de steek wil laten en er dus toch nog maar mee doorgaat. (Oké oud voorbeeld, maar ik vind dat het goed laat zien hoe we elkaar soms in de tang houden.)

Koste wat het kost
Ik vermijd grote winkelketens dus niet koste wat het kost. Ik vind Hema, net als de Bonte Koe (regionaal, hoe past dat in deze discussie?) een leuke en goede winkel. Ik vind Blokker en Bol.com op sommige momenten handig en voordelig, en op andere momenten vind ik dat van StofStudio Shop en het Schiedams Boekhuis. Als ik iets echt bijzonders zoek, dan kan ik dat soms alleen op internet vinden, en soms juist bij winkels als Vintage Lein of Atelier Anita de Groot.
‘Bij gelijke geschiktheid’ kies ik voor lokaal, omdat ik het fijn vind als de lokale winkeltjes blijven. In dat gelijke geschiktheid telt absoluut ook  de factor ‘gemak’ mee. Dus ik ga met een goed gevoel naar Albert Heijn en met een goed gevoel naar de Molenwinkel.

Twee PS'en:

Meestal zijn mijn plaatjes eigen plaatjes. Dit keer heb ik ze wel zelf bij elkaar geplakt, maar de verschillende plaatjes waar de collage uit is opgebouwd heb ik niet zelf gemaakt. De plaatjes komen van mediahuisconnect.be, zazzle.nl (meerdere, want dat vind ik de grappigste), socialtrade.nl, marcelle-online.nl, winlokaal.nl, ikkooplokaal.be, sleutelstad.nl, webdesignmeppel.nl, barendrechtsdagblad.nl en levenomteeten.nl.
Als iemand vindt dat ik onterecht zijn plaatje heb gebruikt, hoor ik het graag.

Er staan nogal wat links in dit blogje. Alleen de link naar Bol is gesponsord, de rest niet. Mocht het de lokale winkeliers wat opleveren, dan is ze dat van harte gegund en heb ik er indirect plezier van omdat het een klein beetje helpt bij het levendig houden van onze winkelstraat. Had ik al gezegd dat Schiedam echt een leuk stadje is om te winkelen, eventueel virtueel? (En mocht de link naar Bol mij wat opleveren, dan zal ik dat geld lokaal uitgeven, beloofd.)

9 oktober 2017

Make fun, music and money

"Hoe kun je op een andere manier geld verdienen? Anders dan in m'n oude of daarmee vergelijkbare baan?" Ik denk daar regelmatig over na: 


Ik speel luchtgitaar

Aan muziek kan ik een hoop lol beleven. Ik luister graag naar allerlei verschillende soorten muziek. Sinds er een enthousiaste operazanger een paar huizen verderop woont, die ons af en toe uitnodigt voor een korte voorstelling luister ik ‘zelfs’ met plezier naar opera. Ik luister gewoon, ik zing mee (als er niemand in de buurt is) - zelfs met opera (als er zeker niemand in de buurt is) -, ik dans en speel luchtgitaar (nee, niet bij die opera).

Meneer toetert

Voor mij blijft het bij zingen zonder publiek en bij die luchtgitaar, want echt muzikaal ben ik niet. Ik vind het wel eens jammer. Ik weet dat je ook aan muziek maken voor publiek een hoop lol kunt beleven. Je kunt het zien aan leuke bands (daar spat de energie vanaf) en ik heb het ook gehoord uit betrouwbare bron. Meneer speelt namelijk trompet, in verschillende bands, en híj beweert dat, dat het leuk is (en ja, dat kun je ook aan hém zien).

De economie trekt aan

Je kunt niet alleen plezier beleven aan muziek maken, maar er ook geld mee verdienen. Om er echt een goed belegde boterham mee te verdienen valt niet mee, maar als je een beetje goed bent, moet een leuke bijverdienste wel lukken. Zeker nu de economie weer een beetje aantrekt. Je kunt betaalde optredens regelen op bruiloften, bedrijfsfeesten en festivals of gewoon op straat gaan spelen. Ik dacht dat dat laatste eigenlijk niet mocht. Maar het blijkt op heel veel plekken wel te mogen. Van Meneer weet ik dat je daar best wel wat geld mee kunt verdienen. 
De repetities van zijn studentenbands waren altijd lange avonden waar hij, nou ja laten we zeggen nooit dorstig vandaan kwam (de volgende dag daarentegen …). Toch hoefde hij nooit te betalen voor die repetities. De dirigent (zo serieus was het dan weer wel) en de drankjes werden betaald uit de opbrengsten van optredens. En dan was er nog genoeg over om af en toe een feestje of een dinertje te geven, waar ik dan ook van profiteerde :).

Kan ik er geld mee verdienen?

Toch jammer dat ik vroeger mijn vioollessen, hoewel ik er zelf om gevraagd had, nooit serieus heb genomen. Dan had ik mijn muzikaliteit vast beter ontwikkeld. Maar wacht! We hebben een pianola. Dat is het enige instrument waar ik wel redelijk op kan spelen. Het is namelijk een kwestie van trappen. En fietsen kan ik als de beste (nou ja, gewoon wel redelijk) en dit lijkt daar best op. 
Enige nadeel is dat die pianola binnen staat en niet één, twee, drie buiten waar het publiek is. Het seizoen voor straatmuzikanten is ook een beetje afgelopen. Ik vrees dat hij op het lijstje komt met ideeën-die-best-wel-leuk-zijn-maar-die-ik-uiteindelijk-toch-niet-heb-uitgevoerd, maar ik ga hem wel in mijn achterhoofd houden. En misschien dat ik binnenkort op een regenachtige zondagmiddag als we ons zitten te vervelen, tegen Meneer zeg: “Die pianola hè, kunnen we daar betere wieltjes onder zetten?”

8 oktober 2017

Oom Dagobert

Een onzinnig zondagmiddagblogje. Morgen weer serieuzer. Beloofd.

Rijk

“Waren lullie rijk voor lullie dit huis kochten?” vraagt een neefje. “Tja, wat is rijk, dat is best wel moeilijk” begin ik, terwijl ik snel probeer te bedenken wat een goed antwoord zou zijn. Zijn broertje verduidelijkt de vraag: “Zo rijk als oom Dagobert?” “Je bedoelt dat we konden zwemmen in het geld?” vraagt Meneer. “Dat zwemt helemaal niet zo lekker, dus toen hebben we er maar een leuk huis van gekocht.”

Zondagmiddagonderzoekje

Daarna heb ik een vrij nutteloos onderzoekje gedaan, gewoon omdat het zondagmiddag was:
Ik heb al het kleingeld dat ik zonder al te veel moeite kon vinden in een maatbeker gegooid. Het waren 69 muntjes. Dat resulteerde in €28,05 in ongeveer 0,1 liter. 



Zwemmen in het geld

Uit een snelle google-actie en wat vermenigvuldigingen haalde ik dat in een bad 120 liter gaat, en in een klein zwembad waar je nog net in kunt zwemmen 45.000 liter. 
Badderen in muntgeld zou dus ongeveer €33.660,- kosten en zwemmen €12.500.000,- als mijn verzameling muntgeld representatief zou zijn.

Zwemmen in stuivers

Stel dat als het alleen stuivers waren geweest, stel dat er dan 100 in 0,1 liter zouden passen. Dan heb je ongeveer (héél ongeveer) €6.000,- aan 5-centmunten nodig om te badderen en ongeveer (ook héél ongeveer) €2.240.000,- om te zwemmen. En je moet heel sterk zijn, onmogelijk sterk volgens mij. Maar toch leuk om te weten, vind ik tenminste.



7 oktober 2017

Einde Erik Zwerver

De serie over Erik Zwerver moet nog afgesloten worden. En dat ga ik doen met wat cijfertjes. Na de bedel-quote vond ik geen oneliners meer waarover ik hier wilde bloggen, maar wel een mooie stand van zaken en voorspelling in cijfers van Erik zelf, van een week of twee voor het einde:

Belegd kapitaal:

6 dollar (Hollywood)

Courant kapitaal:
30 cent (rest)
2 dollar (Big Pistol; een cowboyranch voor toeristen waar hij gewerkt heeft)
13 dollar (Jonas’schoenen en Denver Post; interview en reclame)
5 dollar (Eddie Ott-gastheeren; ehh wat was dat ook al weer?)
2 dollar (Eva in Denver; en ook deze kan ik me niet herinneren, Eva wel, maar niet hoe hij twee dollar verdiend heeft terwijl hij bij Eva was.)
= 18 dollar 30 cent

Te verwachten kapitaal

5 dollar (Salt Lake-krant)
5 dollar (andere krant; hij verwacht blijkbaar nog twee keer geld voor een interview te krijgen)
5 dollar (diversen)
= 15 dollar

Totaal kapitaal: 6 + 18,30 + 15 = 39,30 dollar

Terugreis: 30 cent
Totaal beschikbaar kapitaal: 39, nou ja, 40 dollar. Veertig dollar!!

Contrasten

Van die veertig dollar is hij van plan op vakantie te gaan, want als het allemaal lukt heeft hij tijd en geld over en hij vindt dat je gespaard geld en tijd moet besteden. Ik vind de contrasten wat dat betreft grappig. Hij staat tot zijn ellebogen in het water vuile borden te wassen, doet hele dagen zwaar werk op een boerderij of laat zich helemaal vies en zwart worden voor een gratis maar gevaarlijk ritje op de kolentrein. Vervolgens gaat hij op een luxe vakantie: feesten, fooien geven, een plooi in je broek (zoals hij het zelf omschrijft). 

Hij ging dus met tien dollar op stap, heeft twee weken voor zijn bestemming ruim achttien dollar op zak en ziet nog mogelijkheden om er wat bij te verdienen in de laatste weken (spoiler-alert: dat lukt).

Nog wat cijfertjes

Op de heenweg legt hij, exclusief de bootreis, ongeveer 6.000 kilometer af (New York – San Francisco met een paar flinke omwegen, sommige bewust, sommige onbedoeld).
En toch nog even opgezocht: de 10 dollar waar hij mee op stap gaat, zou nu ongeveer 175 dollar waard zijn.

En daarmee eindigt mijn mini-serie over Erik Zwerver. Tenzij jullie nog vragen hebben?


5 oktober 2017

Op is op

Ik ging winkelen. Of nee, ik ging gericht naar een winkel. Om iets te kopen wat ik nodig had. Het heeft even geduurd voordat ik toegaf dat het nodig had. Maar toen ik van de week nog eens naar de kraag van mijn blauwe bloesje keek, zag ik dat het toch echt niet meer (lang) kon. De puntjes en de rand van de kraag waren wit en gerafeld. Ziet er wel heel vintage uit. Is dat nog hip?


Gesneuvelde bloesjes

De vraag of het hip is, is voor het blauwe bloesje misschien nog interessant maar niet voor het roze bloesje: daar zit een scheur in. En hip of niet, dat wil ik echt niet. Dus moesten er nieuwe bloesjes komen, want ik draag graag en vaak bloesjes, en er zijn er afgelopen periode meer gesneuveld.

Vervangen in plaats van vernieuwen

Het hoort erbij als je niet (meer) met elke modegril meeloopt en niet van elk apparaat elke nieuwe versie die uitkomt meteen moet hebben: dat je dingen moet vervangen omdat ze echt op zijn. Dat merk je als je een tijdje bezig bent. Ik blijk dat lastig te vinden: ik heb mezelf er behoorlijk van doordrongen dat ik geen nieuwe spullen nodig heb, dat ik liever geen geld uitgeef, en dan ‘moet’ het opeens toch. Overigens is dat 'moeten' arbitrair. Er zijn vast mensen die vinden dat je ook met twee bloezen prima kunt overleven. Ik wil dat niet, omdat ik het leuk vind om verschillende kleuren te dragen. Dat is een keuze, net als het ook een keuze is om niet meer elk seizoen nieuwe kleren te kopen. Al die keuzes moeten een plaats krijgen in mijn systeem. 

Stop

Het is trouwens niet zo dat ik me nooit meer laat verleiden tot het kopen van iets leuks. Maar ik had een stop gezet op het kopen van bloezen want die had ik genoeg (meer dan tien). Die stop moest er nu even af. En bijna trok hij andere stops mee. Want toen ik in die kledingzaak stond, zag ik leuke truien en o-wat-een-leuke-broek hangen voor weinig geld. Ik nam de broek mee het pashokje in. Maar daar viel de stop van de broeken weer terug op zijn plek. Ik heb alleen de bloesjes gepast en gekocht.


Sorry Mark, is het toch weer een blogje geworden dat waarschijnlijk meer vrouwen aanspreekt dan mannen, omdat het over kleren gaat (schreef zij ouderwets generaliserend). Maar ik heb nu wel het bruggetje van het specifieke voorbeeld naar het algemene principe expliciet gemaakt. Toch?
Als je dit niet begrijpt, kijk dan even naar de opmerkingen bij dit blogje.

4 oktober 2017

Gratis geld

Erik Zwerver laat in zijn boek een vriend aan het woord:

"... de beste manier om eten te krijgen: er eerlijk en ronduit om vragen."

Ik had een foto van de quote gemaakt omdat ik het een mooie aanleiding vond om te bloggen over bedelen. Toen ik ermee aan de slag ging merkte ik dat ik er niet een heel blogje over wilde schrijven.

Fair

Mijn idee over bedelen komt hier op neer: Ja, met bedelen kun je geld of eten verdienen. Maar als het niet noodzakelijk is, vind ik het niet fair. Niet fair tegenover de mensen die het harder nodig hebben en niet fair tegenover de mensen die jou iets geven met het idee dat ze iemand in nood helpen, ook al zijn dat hun aannames en doen ze het vrijwillig. Als je heel eerlijk op je bord schrijft: Ik wil gewoon geld verdienen met bedelen, vanavond ga ik naar huis om te eten en te slapen, zou het nog kunnen. Maar ik weet niet of dat wat oplevert.

Menselijk

In mijn google-zoektoch over bedelen kwam ik een artikel tegen met als titel 'Moet je bedelaars geld geven?' Ik vraag me dat regelmatig af. Ik geef bijna nooit geld aan bedelaars omdat ik denk dat ik ze daar niet mee help. Door ze geld te geven, zou ik ze afhankelijk maken van het bedelen. En dus doe ik het niet. Maar soms roept er een stemmetje: Is het niet andersom? Zijn ze niet al afhankelijk van het bedelen? En: Het is lastig betere plannen dan bedelen bedenken als je honger hebt en als je het gevoel hebt dat je er helemaal alleen voor staat, dat niemand een ander wil helpen. Iemand wat geld geven is ook gewoon aardig, warm, menselijk en geeft beiden een goed gevoel, ook al verhelp je niet meteen alle problemen. Toch doe ik het meestal niet. 

Hengel

Het artikel gaat over onderzoeken waaruit blijkt dat gratis geld arme mensen helpt. Zelfs arme alcoholisten, drugsverslaafden en criminelen blijken gekregen geld uit te geven aan eten, kleren, medicijnen, en het opzetten van nieuwe bedrijfjes. Ik was altijd wel onder de indruk van de wijsheid dat je iemand beter een hengel kunt geven dan een vis. Nu ik dit artikel heb gelezen, realiseer ik me dat dat helemaal van de omstandigheden afhangt. In een woestijn heb je niets aan een hengel. Of minder voor de hand liggend: dat voor iemand die het temperament niet heeft om vissen te vangen een hengel ook niet de beste gift is.

Antwoord op de vraag krijg je overigens niet echt, dat geven ze ruiterlijk toe, maar wel veel andere wijsheid. Dus ik gooi er ter afsluiting nog een quootje in:

Geld is flexibel. Geld is efficiënt. Het leukste aan geld is dat je er dingen mee kunt kopen die je nodig hebt, in plaats van dingen waarvan experts denken dat je ze nodig hebt.

Voor de zekerheid: ik heb geen aandelen in de Correspondent en verdien hier ook niets aan. Ik ben gewoon alleen maar enthousiast en aan het denken gezet.




3 oktober 2017

Heb ik dood kapitaal?

In mijn vorige blogje stel ik zonder onderbouwing dat ik geen dood geld heb. Ik vond het nog wel leuk om dat even te onderbouwen volgens de redeneringen in dat blogje. Het is een beetje een rommelig stukje geworden, excuses aan de lezers. Ik heb ervoor gekozen om het toch te publiceren om mijn gedachtengang vast te leggen. Het is een tussendoortje.

De redenering van Erik Zwerver

De afgelopen 9 maanden heb ik gemiddeld 1.225 euro per maand uitgegeven (dat is minder dan verwacht, jippie).
Als ik als afgebakende periode (de vier weken van Erik) de tijd tot mijn pensioenleeftijd kies, heb ik nog 341 maanden te gaan. 1.225 x 341 = €417.725,-. Hè, dat heb ik niet, geen dood kapitaal dus.

Als ik als afgebakende periode de tijd tot het geplande einde van mijn voorproefpensioen kies, dan heb ik nog 36 maanden te gaan. 1.225 x 36 = € 44.100. Daar zou ik dan naar analogie van Eriks reserves, de ene dollar, nog 45% bij op moeten tellen, dan kom ik op €63.945. Dat heb ik wel, dan heb ik zelfs nog €2.873,- over. Een beetje dood geld dus. Maar ik wil dat geld graag gebruiken om mijn voorproefpensioen te kunnen verlengen. Dus echt dood geld is het niet.

De redenering van Mr. Money Mustache

Dit is heel simpel. Het houdt bij de eerste zin al op: ik heb op het moment geen inkomen, daar blijft dus ook niets van over. Ook hier zou ik kunnen rekenen met de bedragen die ik heb gebruikt toen ik mijn voorproefpensioen plande. Ik rekende erop dat ik mezelf elke maand €1.450 moest uitkeren (even zonder de inflatie). Dan blijft er nu elke maand 225 euro over om te investeren.

Hmm, als ik er zo mee bezig ben, spelen er twee dingen door mijn hoofd:
  1. Ik zou de excelsheet van mijn voorproefstand weer eens goed bij moeten werken.
  2. Wil ik echt niet een deel van wat ik overhoud (ten opzichte van mijn oorspronkelijke planning) gebruiken om af te lossen of te investeren?
Dit is echt even hardop denkend, dus minder doorgedacht dan de dingen die ik normaal blog (wat ook niet altijd allemaal 100% uitgekristalliseerd is, maar dit is wel de minst uitgekristalliseerde tot nu toe, denk ik.) 

2 oktober 2017

Dood kapitaal moet belegd worden

Wanneer is geld ‘over’? Ik schreef begin september al dat ik daar nog een keer op terug wilde komen. Ik heb een grof idee in mijn hoofd maar het antwoord voor mezelf nog steeds niet geformuleerd als ik deze passage tegenkom in mijn boek:


Reserves

Omdat het over een afgebakende periode gaat, is het voor onze student-zwerver makkelijk rekenen. Hij vermenigvuldigt de kosten van de afgelopen week met het aantal weken dat hij nog denkt te blijven. Hij houdt een buffer 'de reserves' aan van 1 dollar. Dat is 45% oftewel 1,8 weken op 4 weken. Hij lijkt overigens niet te diep na te denken over die buffer, 1 is een lekker afgerond getal.
Toen ik het las vond ik het wat weinig die ene dollar, ook als je het zou omrekenen naar huidige bedragen, maar omgezet in een percentage lijkt het me een prima buffer.

Meer uitgegeven

Overigens is het mij niet helemaal duidelijk hoe hij aan die 55 cent komt. Hij zou met 10 dollar op stap gaan, er is sinds zijn aankomst in New York een week verstreken en hij heeft nog 2,20 + 1,00 + 6,00 = 9,20 over. Dat zou volgens mij betekenen dat de eerste week 80 cent gekost heeft. Maar misschien heeft hij voor of tijdens de reis een kwartje opgemaakt. Hij heeft de eerste week sowieso meer dan 55 cent uitgegeven, maar hij heeft ook geld verdiend. Hij rekent er kennelijk op dat hij ook tijdens het vervolg van zijn reis ongeveer net zo veel geld kan verdienen. Waarom ook niet.

Investing the rest

Hoe dan ook, hij komt tot de conclusie dat hij zes dollar ‘over’ heeft. “... en dood kapitaal moet belegd worden.” Dat is ongeveer wat Mr. Money Mustache ook zegt in een kort door de bocht-versie van zijn methode: “Figure out how much money you are taking home and subtract the amount you are spending. Be sure to keep all that surplus money at work, by paying down high interest debt first and then investing the rest.

Dood kapitaal

Ik vind de term ‘dood kapitaal’ wel beeldend. Het maakt goed duidelijk dat je er niet zo veel aan hebt. In die zin sluit het heel goed aan op 'Wie niet besteedt wat hij heeft gespaard'. Zelf heb ik op het moment geen dood geld, en ik stort dus niets bij op mijn beleggingsrekening. Meneer en ik moeten nog steeds bekijken of we samen geld hebben dat we eigenlijk zouden moeten investeren.

1 oktober 2017

Hoe doet die Hazelhoff dat nou?

Hij levert een boel interessante quotes die Erik Zwerver Hazelhoff, allemaal goed en wel, maar hoe reist hij nou naar San Francisco met zo weinig geld? 


Gratis overtocht

Het begin was misschien wel het moeilijkst. Want hoe kom je aan de andere kant van de oceaan zonder geld? Het is wat ver zwemmen en je kunt moeilijk in de haven je duim opsteken. Toch is dat laatste zo ongeveer wat hij gedaan heeft. Ongeveer. Hij heeft een tijdje rondgedoold in de haven, hard denken over hoe hij op een schip terecht kon komen. Zou hij het vragen aan een van de mannen werkend op een schip? Uiteindelijk koos hij ervoor om het hoog te spelen. Hij ‘lulde’ zich naar binnen bij de directeur van een rederij, vertelde -enigszins zenuwachtig - zijn verhaal, blijkbaar overtuigend of sympathiek genoeg, want voor hij het wist was hij stuurmansleerling en had hij een gratis overtocht.

De klassieke bordenwasser

In New York aangekomen overweldigt de stad hem. Hij laat zich meeslepen door verleidingen en komt er niet aan toe werk te zoeken. Tot hij besluit daarom weg te gaan. Dan is de druk van de ketel en vindt hij een goedbetaald baantje als bordenwasser. Klassiek. Hij trotseert daarvoor de arbeiders die blijkbaar net ontslagen zijn van hetzelfde baantje en daar not amused over zijn. Zij vinden dat niemand nog voor deze baas zou moeten werken. Onze student trekt zich daar niets van aan, maar vraagt wel een hoger dagloon omdat hij gevaar loopt.

Advertorial

Vanuit de spoelkeuken stapt hij in het vliegtuig. Een nogal onverwachte move die nou niet echt bij zijn budget lijkt te passen. Maar wat blijkt? Hij heeft een vergelijkbare truuk uitgehaald met wat hij in de haven deed: hij maakte een deal met de directeur van de luchtvaartmaatschappij dit keer:

Na een lang gesprek en wederzijdsch enthousiasme hadden we een plan, dat ons beiden toelachte: ik kon mezelf een traject uitzoeken om een indruk te krijgen van service en vliegtuigen – daartegenover zou ik in Holland vriendelijke woorden publiceeren aan het adres van de United Airlines. 

Een soort advertorial dus. Ik moet erbij vermelden dat hij voor zijn vertrek een Nederlandse perskaart had geregeld, die heeft hem vast geholpen hierbij.

Onnozele buitenlander

Verder doet hij zich op het juiste moment voor als licht onnozele buitenlander en wekt daarmee de interesse van een sjieke behulpzame heer die zijn drankjes en later zijn diner wel wil betalen. Het komt dubieus over, maar meer lijkt er niet achter te steken. Ook op andere momenten speelt hij het zo dat mensen hun eten met hem willen delen of hem uitnodigen aan zijn dis.

Persoonlijke aandacht

Omdat de geritselde vlucht niet helemaal tot San Francisco reikt, moet hij nog verder reizen. En wat in de haven niet kon, kan langs de weg prima: hij steekt zijn duim omhoog en laat zich meenemen. Het kost hem overigens wel wat mentale moeite om om een rit te bedelen, blijkbaar vindt hij dat lastiger dan om een overtocht of vluchtje te vragen. Natuurlijk is het zo dat hij een tegenprestatie levert voor die laatste twee, maar ik vond het toch opvallend. Als hij eenmaal over zijn schroom heen is, perfectioneert hij de lift-methode. Persoonlijke aandacht is de kern volgens Erik, die zich inmiddels Jerry noemt om Amerikaanser te lijken. Het idee daarachter is dat hij als Amerikaan minder interessant is dan als toerist voor allerlei mensen die geld aan hem willen verdienen. 
Overigens lift hij mee met verschillende voertuigen: personenwagens, grote vrachtwagens en zelfs de trein. Elk vervoermiddel vraagt zo zijn eigen tactiek. Om de kosten voor een slaapplaats uit te sparen, slaapt hij vaak onderweg.

Perskaart

Hij schrijft ook artikelen voor twee Nederlandse kranten. Of hij daarvoor betaald wordt, weet ik (nog) niet, maar het zou hem hoe dan ook niet helpen tijdens zijn reis want betaling zou pas achteraf plaats kunnen vinden. Er waren toen nog geen ibans en pinpassen. Dat schrijven doet hij in ieder geval in ruil voor de perskaart, die verschillende deuren voor hem opent.

Baantjes

Tot slot heeft hij tussendoor af en toe een baantje, bijvoorbeeld als boerenknecht. Tot de boer erachter komt dat hij helemaal geen koeien kan melken.

Een mooie mix

De overtocht als stuurmansleerling en de vlucht als reclameschrijver vind ik wel de stoerste. Verder steekt hij gewoon ouderwetsch zijn duim op, de handen uit de mouwen en rekent hij op de vriendelijkheid van medemensen. Hij doet zich daarbij volgens mij niet zieliger voor dan hij (niet) is, hooguit af en toe wat onnozeler. Een mooie mix van hard werken en slim zijn vind ik.

30 september 2017

Wie niet besteedt wat hij heeft gespaard

... En met tijd is het net als met geld: wie niet besteedt wat hij heeft gespaard, heeft voor niets gespaard.*


Een stelling die me prikkelt en wijs op me overkomt. Ik zou er een tegeltje van willen maken maar m'n plaatjesprogramma (gimp) is gecrasht. Als ik erover nadenk, weet ik niet zo goed hoe je tijd niet kunt besteden.

Je kunt het niet meenemen 

Van geld snap ik het wel. Geld kun je op een spaarrekening zetten of in een sok stoppen (die schijnt dan oud te moeten zijn), en er vervolgens niets mee doen. Als je dood gaat, kun je het meenemen in je kist, maar daar heb je niet zo veel aan. Overigens hoor je vaak dat je het niet mee kunt nemen. Ik denk dan: je kunt toch gewoon in je testament zetten dat die ene sok die nog onder je bed ligt -die met het geld erin- dat die mee je kist in moet, mét het geld erin welterverstaan. Of zou dat niet mogen?

Tijd is lastig sparen

Tijd die je niet besteed hebt, is niet in een sok te stoppen. Tijd is lastig sparen. Los van het boek waar het citaat uit komt, kom ik er niet echt uit. Maar met het boek wordt het ineens weer heel duidelijk: Onze student die op weg is naar San Francisco heeft een supergoede lift gehad. Hij ligt voor op zijn schema. Daar zou hij blij van moeten zijn, maar voor het eerst tijdens zijn reis voelt hij een ijzige sfeer van antipathie om zich heen. Het doet hem snakken naar een bekend gezicht. Hij herinnert zich een Amerikaans meisje dat hij ontmoet heeft tijdens een wintersportvakantie (onze student was zeker niet onbemiddeld, maar wel met weinig middelen op reis) en besluit een omweg te maken om haar te bezoeken. Hij twijfelt even, de gedachte ‘bezwaart’ hem, totdat hij zich realiseert dat hij met de laatste lift heel veel tijd heeft bespaard. En dat hij die tijd goed kan gebruiken voor deze omweg, anders heeft hij de tijd voor niets bespaard. Helder.
Ik zou overigens die tijd willen bewaren om eventuele vertragingen in het resterende stuk van de reis op te vangen. Tja, toch wat minder avontuurlijk.

Geld is een handig middel 

Nog even over dat geld. Je schijnt het mee te mogen nemen in je kist. Liever papier dan muntjes (vooral in geval van een crematie brandt dat beter). Maar waarom zou je? Wist je trouwens dat er nog steeds grafrovers schijnen te zijn?
Ik ben een groot voorstander van spaarzaamheid, maar alleen om uiteindelijk wel wat nuttigs of leuks met het gespaarde geld te doen. Geld is niet zo’n zinnig doel, het is een handig middel en dat moet je gebruiken, net als tijd.


*Rendez-vous in San Francisco, pagina 70

29 september 2017

De makkelijke weg

... toen ik na anderhalf uur in razende ondergrondsche treinen, snikheete bussen en propvolle straten nog geen van de adressen gevonden had, heb ik mijn loodzwaren koffer den eersten den besten hotelportier in de handen geduwd en een kamer genomen. Dat het toevallig een paleis van een hotel was liet me ijskoud ...

(Rendez-vous in San Francisco, pagina 24)


Hoofdpijn

Ik herken dat. Dat je soms even helemaal geen puf meer hebt om voor de goedkope oplossing te gaan. Vorige week nog. Meneer was ziek, waardoor ik in m’n eentje voor eten en afwas had moeten zorgen. In dat laatste had ik geen zin gehad dus na een halfdoorwaakte nacht –ik slaap niet zo goed met een rochelend en dampend lijf naast me- veegde ik de uienschillen in de prullenbak om een schoon stukje aanrecht te creëren om een boterham te kunnen maken (die half uit elkaar viel, want door mijn eigen ongeduld te warm gesneden in de winkel).
Voelde ik daar iets van dezelfde rochelhoest opkomen die Meneer ook had? Ik had in ieder geval hoofdpijn.

Natte handdoeken

Ik nam een paracetamol en ging aan het werk bij de buren, want er kwamen nieuwe gasten aan. Op zich hadden de vorige gasten het huis netjes achter gelaten, maar dat ze de handdoeken in de week hadden gezet was naast mysterieus (waarom?? niet te veel over nadenken) licht onhandig. De wasmachine staat twee verdiepingen lager en kletsnatte handdoeken gooi je niet door een achttiende-eeuws trappenhuis naar beneden. Dus sjouwde ik met een door water verzwaarde wasmand de steile trappen af. Verder verliep het daar normaal, maar het is toch al niet met m’n favoriete onderdeel van het B&B-gastvrouw zijn en in de staat waarin ik die ochtend verkeerde al helemaal niet.

Waar zouden we zijn?

Die middag moest ik ergens in het midden van het land zijn. Ik had best een stuk kunnen fietsen, maar ik had er echt geen zin in, checkte in en liet me lekker het hele stuk rijden door de machinist.

27 september 2017

“You must be very rich!”

Ik lees dus een boek met daarin veel quotes waarvan ik denk: ‘Jaaa, dat is waar, en daar zou ik een een blogje over kunnen schrijven.’ Dat is nog best wel lastig hoor, want dan heb ik me net lekker op de bank genesteld, kopje thee bij de hand, zit ik helemaal in het verhaal, ik voel bij wijze van spreken de Amerikaanse zon net zo onbarmhartig op mijn gezicht branden als op het gezicht van Erik de hoofdpersoon, komt er een quote langs. Hoe zorg ik nou dat ik die terug kan vinden? Om op elke pagina met een quote (het zijn er best veel) een ezelsoor te maken, vind ik ook weer zo wat. Volgende keer maar even van die plakmemootjes of zo naast me op de bank leggen. Tot nu toe heb ik het opgelost door m’n telefoon uit m’n broekzak te wurmen en daar een fotootje van de pagina mee te maken. (U begrijpt, mijn leven is zwaar.) 

Rijk

Goed, op pagina twee begint het al. Erik, student, heeft net in een bar in Scheveningen in een opwelling tegen een Amerikaans meisje gezegd dat hij weggaat van hier, naar de andere kant van de wereld. Waarop zij dus zegt: “You must be very rich,” en hij antwoordt dat dat helemaal niet zo is en dat hij zonder geld gaat.

Je kunt dingen doen die heel duur lijken, zonder al te veel geld. Dat betekent dat je het anders aan moet pakken dan de meeste mensen, soms heel simpel anders, soms heel anders anders.

Jaguar

Zo reden wij  een paar jaar in een Jaguar, de mooiste Jaguar die ooit gemaakt is. Dat laatste is een quote van Meneer, want ik heb niet echt een beeld van alle Jags die ooit gemaakt zijn in mijn hoofd en kan dus ook niet vergelijken. Hoeft ook niet, ik vond deze gewoon mooi. Het bleek erg leuk om in het ding te rijden, mensen gaan spontaan naar je zwaaien en bij het benzinestation was hij altijd goed voor een praatje. Daar word je toch vrolijk van?!
Hij was heel goedkoop in aanschaf. Dus terwijl iedereen zich afvroeg waar wij zo’n enorme en mooie auto van betaalden, reden wij rond in een auto die minder dan duizend euro had gekost. Eerlijk gezegd liep hij niet heel zuinig. Dus verdiepte Meneer (mijn chauffeur) zich in hoe zuiniger ermee te rijden en dat lukte. Dat was nog steeds relatief dus op dit punt misschien niet het allerbeste voorbeeld, hoewel het ons wel prikkelde om heel bewust te kiezen waarvoor we de auto gebruikten. Meneer verdiepte zich ook in de motor en zo, en kon dus zelf kleine reparaties uitvoeren, dat scheelde ook. Uiteindelijk waren het relatief goedkope autojaren voor ons. En heel belangrijk: we hebben er heel veel plezier aan beleefd. Meer plezier dan ik ooit had gedacht te beleven door een auto. Toen hij wat vaker gebreken ging vertonen die Meneer niet zelf op kon lossen, hebben we hem verkocht. Ook wel omdat de milieuvervuiling per gereden kilometer toch best wel hoog was en dat zat ons niet lekker.

Thuisbioscoop

Ander voorbeeldje is onze thuisbioscoop. Dat klinkt heel duur vind ik, en dat was het niet. We hebben voor niet al te veel geld een goede beamer gekocht. Dat is een kwestie van je verdiepen in die apparaten, weten wat jij ervan wil (de onze heeft een prima lichtopbrengst, maar we kunnen geen film kijken als we de kamer niet verduisterd hebben. Dat willen we ook helemaal niet, het is veel gezelliger om de gordijnen dicht te hebben tijdens de film. Dus we hoeven niet extra te investeren in mega-lichtopbrengst.) Als je de tijd neemt en goed zoekt, wat geduld hebt (om te wachten op een aanbieding) hoeft een beamer niet duur te zijn.
Je kunt een duur projectiescherm kopen, maar een pot goede witte muurverf doet ook wonderen. (Oké dat gaat niet vanzelf, en de methode van Mister Bean met een staaf dynamiet in die pot verf werkt ook niet, dus je moet even aan de slag met een roller en zo.)
Onze geluidsinstallatie komt van een tweedehands winkel. Daar moet je natuurlijk een beetje geluk mee hebben. Maar het is ook je erin verdiepen, wat geduld, regelmatig even checken en dan kun je dat geluk een flink handje helpen.

Niet niks, wel weinig

Natuurlijk zijn dit voorbeelden die wel wát geld kosten, maar Erik (uit het boek) gaat ook niet helemaal zonder geld. Hij neemt tien dollar mee, ik weet niet hoeveel dat nu waard zou zijn, maar in een artikel uit 2000 staat dat het toen, in 2000 dus, ongeveer 120 à 130 dollar was. Dat is behoorlijk weinig geld voor een reis naar San Francisco, waar ze uiteindelijk afspreken.

Ik ben wel benieuwd of jullie nog bijzondere voorbeelden hebben van dingen die duur lijken, maar waar je, als je het iets anders aanpakt, helemaal niet zo veel geld aan kwijt bent. (En nee, 'duur lijken' is normaal niet het streven, maar ik volg even de quote.) 

26 september 2017

Als zwerver, werkend.

De laatste die ik me zonder googlen kan herinneren ging met een tuktuk Europa door. Maar je hebt er ook die al steppend van Noord naar Zuid door Amerika trekken of in een oude auto diagonaal Afrika doorkruisen, liefst met zo min mogelijk geld en niet omdat daar ergens moeten zijn of daar een beter leven op kunnen bouwen. Nee omdat ze díe reis op díe manier wíllen maken. 

Welvaart

Ik dacht dat het iets van deze tijd was. Dat het iets te maken had met welvaart,
‘van gekkigheid niet meer weten wat we we moeten doen’.
Vroeger hadden ze geen tijd voor die onzin, hoefden ze niet te bewijzen dat ze met weinig middelen grootste dingen konden, want toen hadden ze weinig middelen en daar moesten ze alles mee doen, het gewone leven en ook grootse dingen, als ze die al in hun hoofd haalden. Dat klinkt zuurder dan ik ooit wil zijn, past niet bij mijn levenshouding op veel andere vlakken, en ik ben dan ook blij dat ik bewijs voor het ongelijk van mijn zeldzame calvinistische gedachtenkronkel heb gevonden:

Onverwacht

Het was een van de standaard-vragen tijdens de Openmonumentendagen, de “Hebt u al die boeken gelezen?” die me deed besluiten weer eens een boek uit mijn eigen kast in plaats van uit de openbare bieb te trekken. Ik verwachtte eerlijk gezegd niet zoveel van dit boek – alle Nederlandse boeken in mijn kast waar ik veel van verwacht, heb ik al gelezen. Wat is het fijn als dat soort verwachtingen, de eerstgenoemde de niet zulke hoge, niet uitkomen. Het boek blijkt grappig en een bron van inspiratie te zijn. Én zoals gezegd mijn restje ‘doe-maar-gewoon-dan-doe-je-al-gek-genoeg’ onderuit te halen.

Soldaat van Oranje

Want niemand minder dan Soldaat van Oranje vóórdat hij Soldaat van Oranje werd, besluit op de tweede pagina van dit boek om, zonder noodzaak en zonder geld naar Amerika te reizen. “Als zwerver, werkend.
En omdat ik respect heb voor Soldaat van Oranje en omdat dit in 1938 speelt, komen er geen negatieve gedachten in me op en vind ik het alleen maar interessant. Ik ben nog niet eens op pagina 100 (van de 273) en ik heb nu al een paar leuke quotes waar ik een blogje over wil schrijven. Ik ga dus een serie(tje) proberen.


25 september 2017

Grote vangst

De mannen gaan duidelijk voor de grote vangst. Want tot nu toe hebben ze bijna alles wat ze hebben gevangen ook weer teruggegooid in de gracht voor ons huis. Ik merk aan mezelf dat ik best wel nieuwsgierig ben wat ze vangen, én naar wat ze dan eigenlijk hopen te vangen.

Als je er op een bepaalde manier naar kijkt, zou magneetvissen best wel een mustacian-ding kunnen zijn om te doen. Ik zie er de lol wel van in: het is spannend wat je naar boven haalt, misschien vind je wel een mooie oude scheepsbel of oude munten, maar ook minder spectaculaire vondsten zouden mijn fantasie prikkelen. ‘Waar komt deze bout vandaan? Losgetrild uit een onderdeel van een schip? Gaat dat schip nu dat onderdeel verliezen?

Leuk en spannend dus en je kunt er ook nog wat geld mee verdienen. IJzer levert volgens een snelle google-actie elf tot veertien cent per kilo op. Van veertien cent kun je geen brood kopen, maar gelukkig is ijzer vrij zwaar dus je hebt zo een paar kilo bij elkaar. Niet dat het heel hard opschiet, voor een tientje zul je al gauw vier of vijf fietsen (of het equivalent daarvan) naar boven moeten halen en inleveren. Bij mij zou dan ook nog het gevaar op de loer liggen dat ik al die spannende dingen wil bewaren (want je kunt er een mooi verhaal bij verzinnen).

Geen gouden bergen dus (goud is ook niet magnetisch), maar toch: het is een hobby die geld oplevert in plaats van geld kost. Als je tenminste de opstartkosten eruit haalt, want je moet wel een flinke magneet en een stuk touw hebben, en vooral zo’n magneet kost wat.
Het is daarnaast wel tegelijkertijd goed voor het milieu, als je het tenminste niet teruggooit.

Ik zal voorlopig niet te weten komen wat er allemaal in het water voor ons huis ligt. Want hoewel het me best wel leuk lijkt voor een keertje, denk ik niet dat dit uit kan groeien tot ‘iets leuks waarmee ik voldoende inkomen genereer om van te leven’. En die mannen? Die zijn doorgelopen en hebben alle stukken ijzer die het begin van een verhaal zouden kunnen zijn weer terugvertrouwd aan het donkere water voor de deur.

20 september 2017

Opruimen versus zuinigheid

Dit weekend nam ik een ferm besluit. Ik bracht een fles wijn uit de voorraadkast naar boven, naar de keuken. 'Vóór donderdag ga ik daarmee koken, anders gaat ie weg,' zei ik tegen mezelf. De fles stond al jaren te verstoffen in onze voorraadkast. En dit is niet zo'n wijn die met de jaren beter wordt.

Ik had al eerder getracht mezelf te stimuleren
om met deze wijn te koken. Dit papiertje heb ik
vorig jaar december erop geplakt.
Waarschijnlijk hebben we de wijn gekregen. Wij drinken eigenlijk nooit rode wijn en kopen die dus ook niet voor onszelf. We krijgen wel rode wijn. Heel af en toe gaat er een flesje open. Als we visite hebben of zo. Maar de rodewijnvoorraad groeit harder dan hij slinkt.

Dit weekend probeerde ik plaats te maken in de voorraadkast, zodat spullen die elders in huis ruimte in beslag namen in die voorraadkast zouden passen. Eigenlijk zijn treinen en rails natuurlijk geen voorraad zoals bedoeld voor in een voorraadkast, maar dat is een ander verhaal. Ik gooide  lege flesjes waarvan ik ooit dacht dat ik ze nog zou gaan gebruiken weg, ook lang geleden aangebroken verpakkingen en zelfs een paar onaangebroken verpakkingen die al lang over de datum waren en die ik toch nooit zou gaan gebruiken vonden hun weg naar de prullenbak. Het ging best vlot, maar de wijn vond (en vind) ik een moeilijk geval. Die is niet overduidelijk al meer dan vijf jaar over de datum, die zou heel lekker kunnen zijn, en je kunt er altijd nog mee koken.

Dat laatste vond ik eigenlijk wel een goed plan. Ik bracht dus een fles naar boven om mee te koken, vóór donderdag. Vannacht verstrijkt die deadline en het eten voor vanavond is al klaar. Meneer heeft vanavond namelijk maar heel weinig tijd, dus vroren we de helft van de ovenschotel van zondag niet zoals gebruikelijk in, maar bewaarden we die voor vanavond.

Ik weet nu niet meer zo zeker of ik die wijn weg moet gooien. Zaterdag wist ik het nog heel zeker. Nu vind ik het toch zonde. Maar ja, de deadline was er niet voor niets: donderdag worden er opnames gemaakt in huis en dan wil ik het opgeruimd hebben. En we hebben nog heel veel flessen wijn in de voorraadkast staan, daar gaan ze niet filmen, maar ik bedoel: het is niet zo dat we zonder zitten als we deze weggooien. Deze fles kan daar trouwens best weer bij, dan wordt het looppad slechts een klein beetje smaller, maar het gaat me ook een beetje om het principe. Als ik die wijn nu terugzet, doe ik weer niets aan die onzinnige voorraad.

Ik moet nog naar de glasbak om een paar lege flessen weg te brengen. Ik zou hem mee kunnen nemen ...

18 september 2017

Deposito's

Negentien deposito's heb ik. Ze hebben allemaal verschillende einddata en verschillende doelen. Ik beheer ze handmatig. Dat is best wel wat gedoe. Ik ben enigszins benieuwd hoeveel me dat nou oplevert. Maar ik vind het eerlijk gezegd wat veel werkt om dat precies uit te rekenen. Daarom heb ik uitgerekend wat de deposito's die deze maand afliepen me hebben opgeleverd.

Deposito versus gewone spaarrekening
In totaal gaat het om 13.175 euro in deposito's van één jaar (op één na: een deposito van 1.000 euro van zes maanden). De deposito's leverden €114,25 aan rente op. Als ik het geld op een gewone spaarrekening had laten staan had met dat ongeveer €73,- opgeleverd. Een verschil van ruim veertig euro dus. Misschien niet heel veel, zeker niet als je het afzet tegen ruim dertienduizend euro, maar het valt me toch niet tegen. Omdat de rentes zo laag zijn, had ik gedacht dat het minder zou schelen.

Het geld in mijn deposito's heeft zoals gezegd allerlei doelen. Het is dus geld waarmee ik niet wil beleggen. 

"Puur hypothetisch heb ik daar toch ook even naar gekeken." 

Beleggen
Als ik het bedrag op 1 september 2016 bij mijn beleggingen had gezet, had het me zo'n 487 euro opgeleverd.

Bitcoins
En, gewoon omdat het kan, omdat Meneer toch een heel ingewikkelde excel-sheet heeft gemaakt om de bitcoinkoers te analyseren, heb ik hem gevraagd wat het ons had opgeleverd als we een jaar geleden voor 13.175 euro aan bitcoins hadden gekocht. Het had ons bijna 74.000 euro opgeleverd. Puur hypothetisch dus, want met dit geld zou ik nooit beleggen, laat staan bitcoins kopen. Er zijn ook tijdsframes anders dan deze toevallig gekozen periode die verlies hadden opgeleverd.

Ik was ook helemaal niet van plan om dat uit te rekenen, maar toen ik toch lekker bezig was en Meneer wel even wilde helpen, rolde het uit mijn toetsenbord voor ik het wist. Ik ga een andere keer wel nadenken over of en hoe ik wat meer structuur aan kan brengen in mijn deposito's, en of ik dat überhaupt zou moeten willen.

17 september 2017

Wat deed ik deze week om te besparen?

Wat deed ik deze week om te besparen?

Zondag
Toen ik net zag dat de zon scheen 'verhuisde' ik van een kamer zonder zon naar een heerlijk zonnige kamer. Ik begon het net een beetje koud te krijgen in de kamer van 17 graden, maar de verwarming hoefde dus niet aan omdat de zon de kamer waar ik nu zit heerlijk opwarmt (en het is lekker vrolijk dat zonlicht).

Zaterdag
Ik zette de verwarming lager. Meneer had hem aangezet toen hij achter zijn laptopje zat te werken. Terecht, want het was onder de 18 graden en als je dan zittend werk doet, krijg je het koud. Toen we gingen opruimen, heb ik de verwarming weer uitgezet. Meneer vergat dat even.

Vrijdag
Ik verkocht mijn eerste artikel op marktplaats en moest het opsturen. De koper koos ervoor om dat zonder track&trace te laten doen. In een bomvolle winkel met postnl-punt begrepen de winkelmedewerker en ik elkaar verkeerd en hij maakte een zegel met track&trace. Daar kwam ik vlak voor het afrekenen achter. Even aarzelde ik om er wat van te zeggen. Het was zo druk, en dit zou weer extra tijd kosten ... Toch gedaan. De medewerker herstelde het zonder morren (terwijl ik kon zien dat hij echt wel wat gestrest was).

Donderdag
Ik zette mijn eerste artikel op marktplaats. Spannend vond ik dat. Dat is eerder 'meer inkomen genereren' dan besparen, maar toch.
Ik kocht overigens ook kleding met korting. Het is altijd de vraag of dat een bespaaractie is of niet, want het jasje dat ik kocht was niet strikt noodzakelijk. Het stond al wel heel lang op mijn verlanglijst (lang genoeg om te weten dat het geen bevlieging is) en er komen binnenkort wat gelegenheden waarop ik het kan dragen. Ik heb wel echt mijn best gedaan om uit te vinden waar ik de meeste korting kreeg, dus ik tel hem toch maar mee.

Woensdag
We aten vlees uit de diepvries (over van een barbecue een paar weken geleden). Dat is natuurlijk meer een bespaaractie van tijdens die barbecue dan van nu. Toen we zagen dat iedereen eigenlijk al wel genoeg had, hebben we het overige vlees wat nog koel lag direct ingevroren. Anders was het zeker opgegaan want een ribbetje extra kan er altijd wel bij, ook al heb je genoeg.
Maar ik haalde de spareribs woensdag tijdig uit de diepvries zodat ze konden ontdooien in de koelkast, dat spaart energie (van de koelkast en de magnetron).
En, ook nog wel een bespaarderig is dat we de saus eraf spoelden. We hadden namelijk eerder ontdekt dat we die helemaal niet zo lekker vonden. Vroeger had het ons dan zomaar kunnen gebeuren dat de spareribs eeuwig in de diepvries zouden blijven liggen want 'niet lekker'. Nu hebben we gezocht naar een manier waarop we er wel van konden genieten, en dat is gelukt: vieze niet zo lekkere saus afspoelen werkt!

Dinsdag
Ik liet een pakketje bezorgen bij een afhaalpunt in plaats van thuis en hoefde daarom geen bezorgkosten te betalen. Het had achteraf nog wel wat voeten in aarde want het pakketje bleek er woensdag nog niet te zijn zoals beloofd, donderdag stortregende het op het moment dat ik het had kunnen gaan halen. Gelukkig was het vrijdag droog, het pakketje gearriveerd en voldeed het aan mijn verwachtingen (anders had ik heel snel nog een ander cadeautje voor een klein meisje moeten regelen en snel is meestal wat duurder).

Maandag
Ik ging weer eens naar de goedkopere supermarkt in plaats van naar de standaard-supermarkt.

16 september 2017

Anoniem

Een beetje speurneus kan volgens mij behoorlijk veel persoonlijke informatie over Mevrouw Money Wenkbrauw vinden. Het is een kwestie van linkjes leggen (of volgen). Toch heb ik tot nu toe hier altijd anoniem geblogd en nooit rechtstreeks mijn identiteit onthuld.

Zeker in het begin heb ik ook mijn best gedaan om het eventuele speurneuzen moeilijk te maken. Dat hielp me om vrijuit over bepaalde dingen te schrijven. Over mijn inkomen en mijn vermogen bijvoorbeeld, over hoe (niet) leuk ik het vond op mijn werk, en over besparingsacties die ik zelf misschien wel een beetje gek vond en vind (zie label ‘weirdo’).

De laatste tijd laat ik wat meer los, maar nog niet helemaal. Ik merk dat het me af en toe belemmert. Ik vraag me tegelijkertijd af of het nog wel zinvol is. Ik heb geen inkomen meer om geheimzinnig over te doen (en dat heb ik toch al nooit zo zinvol gevonden). Ik ben zelf steeds meer gewend aan besparingsacties die ik eerst nog raar vond. Bovendien is de kans dat de informatie die ik nu nog probeer achter te houden al lang ergens te vinden is, best groot.

Dus ik denk erover om binnenkort over onderwerpen te gaan schrijven waardoor duidelijk wordt wat mijn identiteit is. Ik ben er nog niet helemaal uit. Zo merk ik bij mezelf nog aarzeling om een voorbeeld te geven, waarover ik dan zou gaan schrijven. Ik aarzel omdat de link dan meteen gelegd kan worden.

Ik had trouwens het idee dat ik hier al eens eerder over geschreven had. Maar ik kan het blogje niet terugvinden. Goed verstopt, erg anoniem dus (of nooit geschreven).

Ik ben wel benieuwd hoe jullie hierover denken.

14 september 2017

Voldoe ik aan mijn verwachtingen?

Die vraag kun je redelijk filosofisch behandelen, maar vandaag wil ik het lekker concreet houden. Bijna tweeënhalf jaar geleden schreef ik over wat ik zou gaan doen alsik met pensioen zou gaan (Wat te doen met de tijd die ik over heb?). Ik was toen nog niet zo lang bezig met deze ontdekkingstocht, financiële onafhankelijkheid zou nog zo’n vijftien jaar duren. Inmiddels doe ik het anders dan ik toen dacht: die volledige financiële onafhankelijkheid gaat langer duren, maar ik ben al wel met ‘voorproefpensioen’. Ik heb dus nu de ‘tijd over’ waar ik toen over schreef.

Ik benoemde drie punten: mezelf ontwikkelen, tijd voor mensen om me heen, vrijwilligerswerk. Doe ik die dingen nu ook werkelijk?

1.      Mezelf ontwikkelen. Ja.
Ik heb sinds ik met voorproefpensioen ben twee cursussen gevolgd. Ik heb daar echt nieuwe dingen geleerd die mijn leven verrijken. De ene cursus was de opleiding tot Schuldhulpmaatje, waar ik goede handvatten en kennis heb opgedaan om mensen met schulden te helpen eruit te komen. Er zijn regelmatig nieuwe cursusmodules zodat ik mijn kennis up-to-date kan houden. (Wat me eraan herinnert dat ik de nieuwste module nog niet afgerond heb. Vandaag of morgen maar even de tijd voor nemen. Het gaat over laaggeletterdheid.
De andere cursus ging over geluk. Veel plezier aan beleefd en van veel van geleerd.
  
Ik heb en neem ook meer tijd om te lezen: fictie en non-fictie, dat vind ik allebei onder ontwikkeling vallen. Ik lees wel eens gewoon een hele dag. Vroeger kon ik dat niet, nu zonder problemen. Het is heerlijk.
Ik zoek ook dingen op en uit, maar dat deed ik voor mijn pensioen ook al. Ik weet niet of dat meer is geworden. Ik heb dat nooit echt gemeten. Maar ik heb er in ieder geval tijd voor en ik doe het ook met veel plezier.

2.      Meer tijd steken in de mensen om me heen. Ja en nee.
Het is meer dan voorheen, maar minder dan verwacht. In het begin kon het zomaar gebeuren dat er weer bijna een maand voorbij was zonder dat ik bij mijn lieve ouders was geweest. Als ik erheen ging, ging ik overigens wel wat langer en nog steeds. Dat is heel fijn, 1 keer 4 dagen brengt meer diepgang dan 4 keer 1 dag. Laatste tijd ben ik wat vaker bij mijn ouders om blije en verdrietige zaken, resp. groot feest en ziekte van mijn moeder. Het voelt goed om er nu zonder meer te kunnen zijn als het nodig is.
Ik merk dat ook in andere contacten met familie en vrienden: spontane, gezellige afspraakjes zijn er nauwelijks méér dan voorheen, maar ik kan wel makkelijker er zijn als het nodig is. Dat is fijn en goed, maar ook wel food for thought.

3.      Vrijwilligerswerk. Ja, maar.
Ja, doe vrijwilligerswerk. Ik heb niet alleen de cursus tot schuldhulpmaatje gevolgd, ik help ook daadwerkelijk mensen met schulden. En ik ben lid van een lokale werkgroep geworden waarmee we een grote culturele activiteit op touw zetten.

Maar, ik had gedacht dat ik hier meer tijd in zou steken. Ik help één maatje tegelijk. Anderen doen dat naast hun baan. Toch heb ik het gevoel dat ik niet meer mensen tegelijk kan helpen. Dan wordt het meer passen en meten in mijn agenda en in mijn hoofd en dan komt er stress bij kijken. Alles kan als het moet, maar het moet niet. Het voelt goed zoals het gaat, het is alleen wel anders dan ik verwacht had. 

Wat ook anders is, is dat ik had gedacht dat ik taallessen zou gaan geven. Het is toeval dat het dat niet geworden is. De cursus Schuldhulpmaatje was makkelijker te vinden en te volgen dan me aanmelden voor en voorbereiden op het geven van taallessen. Het is dus zo gelopen. Schuldhulpverlening had net als taal al mijn interesse dus het toeval heeft hier niet een ongewenste draai gegeven aan mijn leven. Wel mooi dat ik nu voor Schuldhulpmaatje een module over laaggeletterdheid kan volgen. Komt het weer een beetje bij elkaar.

De voorbereiding voor het culturele evenment nadert zijn deadline dus er gaat nu vanzelf meer tijd in. Ook bij dingen die ik leuk vind, helpt wat externe druk dus. Dat wist ik eigenlijk wel, dat het zo voor me werkt als ik er niet extra op let om het anders te doen. Ook hier geldt dat ik niet ontevreden ben over mezelf. Het kan altijd beter, maar dat wil niet zeggen dat het niet best oké is.

'Ja', 'ja en nee', en 'ja maar'. Ik voldoe dus redelijk aan mijn verwachtingen. Niet allemaal 100%. Zo schreef ik toen ook dat er naast deze drie punten allerlei kleinere dingen op mijn lijst stonden. Gisteren heb ik na anderhalf jaar een klusje van mijn lijst gestreept. Twee uurtjes werk, fantastisch resultaat J. Maar een fotoboek heb ik nog steeds niet gemaakt. Ik hoef me dus ook de komende tijd niet te vervelen.

Met dank aan Mom4life voor de vraag.

13 september 2017

GDP en blauwe zones

Ik lees ergens een bericht dat de economie van Nederland flink zou groeien als niemand met vervroegd pensioen zou gaan en ik voel me schuldig. Ik ben niet alleen vroeg met pensioen gegaan (ook al is het misschien maar tijdelijk), ik promoot dat ook nog eens actief. Ik bedoel, ik vind dat iedereen daarin zijn eigen verstandige keuzes moet maken. Ik vind dat je niet zomaar moet stoppen met werken, en ik vind dat je niet zomaar door moet gaan met werken. Ik vind dat je erover na zou moeten denken. Maar door enthousiast over het stoppen te zijn, over hoe het voor mij uitpakt, promoot ik het denk ik toch wel een beetje.

Als ik dan zo’n bericht lees, denk ik "Oei, ik ben slecht voor de economie. En dus slecht voor andere mensen." Teer puntje, ik wil juist graag goed zijn voor mensen. Maar gelukkig herinner ik me vervolgens dat ik laatst een filmpje heb gezien, iets met blauwe zones, en daarin zei de spreker iets over een GDP waarboven het geluk van inwoners van een land niet meer significant toeneemt.

Ik heb het filmpje opgezocht. Dat valt nog niet mee als je je in eerste instantie niet meer herinnert dan 'iets met blauw'. 'Blue GDP' leverde niet het gezochte resultaat op. Ik wilde het toch graag vinden. De 'zones' kwamen erbij in mijn hoofd en toen dacht ik ook nog aan mijn browse-history.
Zo vond ik het fimpje terug. Daar zat alleen een stuk chinees in (er ging iets mis het geluid van een vertaling of zo, een klein stukje maar, maar toch). Speciaal voor jullie vond ik een andere publicatie van hetzelfde filmpje, zonder chinees en zonder inleidende spreker dus meer to the point. Ik heb het hier over een specifiek fragment, maar het hele filmpje is het kijken waard, vind ik.

Dit is wat Dan Buettner zegt in het filmpje van 7 augustus 2017 van het World Economic Forum (vertaling door mij, fragment start ongeveer op 20 min.):

"GDP is een grof instrument. GDP is belangrijk voor arme landen. Maar nadat je een GDP van ongeveer 25.000 dollars per jaar (per capita, [MMW]) hebt bereikt, levert meer GDP niet echt veel meer geluk op.

Nadat je land genoeg heeft verdiend, zouden leiders als ze echt begaan zijn met welzijn en geluk zich moeten focussen op en hun bronnen in moeten zetten voor andere zaken (dan de economie, [MMW])."


Eigenlijk is dit natuurlijk helemaal niet zo gek. Geld maakt, als eenmaal aan de eerste basisbehoeften plus wat extra’s is voldaan, een mens niet gelukkig. Dus dat geldt ook voor landen (dat gaat uiteindelijk natuurlijk ook over mensen). Ik had het met alleen niet zo expliciet gerealiseerd.

Het GDP per capita van Nederland was in 2016 ruim 52.000 dollar. Waarom dan toch die enorme focus op groei van de economie? Natuurlijk, er zal zoiets zijn als ‘stilstand is achteruitgang’ en misschien is het wel zo dat als je er geen aandacht aan besteedt het steeds harder achteruit kan gaan. Maar we hebben wat marge, als het ons tenminste om welzijn en geluk gaat. Mij wel. Ik hoop de formerende heren (het zijn allemaal heren op het moment toch?) ook.

Nog even over dat schuldig voelen: ik schreef al eerder een blogje over waarom je je niet hoeft te schamen voor een levensstijl die gericht is op snel met pensioen gaan.

12 september 2017

Je mag er wat voor over hebben

Ruim twee keer zo ver was de supermarkt, maar ze hadden me verleid. Met een aanbieding. Dus ging ik. Op de fiets. Benzinekosten wegen niet op tegen de besparing. Ik bespaarde 40 cent.
Vervolgens moest ik nog even langs bij mijn ‘eigen’ supermarkt, want niet alles wat ik nodig had was (goedkoper) in de verre supermarkt. Daar, in de hal voor mijn eigen supermarkt, zat een meneer gitaar te spelen, niet onverdienstelijk. Hij speelde en zong Ain’t no sunshine. Lekker nummer, goede herinneringen. Zachtjes zingend liep ik de supermarkt in en bij de kassa was ik nog steeds aan het hummen.
Natuurlijk zat hij er nog toen ik opnieuw langs liep, zijn muziek was onverminderd fijn. Ik keek in mijn portemonnee en vond een muntje van 50 cent. Dat is een gelukje, vaak zit er geen contant geld in. Ik gooide het muntje in zijn hoed. Hij knikte vrolijk. Ik liep vrolijk naar buiten.

In plaats van 40 cent minder zoals gepland, had ik 10 cent meer uitgegeven tijdens het boodschappen doen. Maar ik had niet alleen boodschappen gedaan, ik was vrolijk en aan het zingen gemaakt. En hoewel ik daar niet altijd iemand voor nodig heb, gebeurde dat dit keer wel en het gebeurde goed. Vandaag had ik daar 50 cent voor over.

"Eigenlijk is het verhaaltje hiermee af, maar ik moet nog een bekentenis doen." 

Zo’n blog werkt toch het beste als je eerlijk bent. “Ruim twee keer zo ver” klinkt heel ver, maar mijn eigen supermarkt is gewoon heel dichtbij, 500 meter. Die andere supermarkt is 1100 meter van mijn huis. Geen woord gelogen dus, maar qua woordkeus wel wat dik aangezet. O, en dat van die benzinekosten is ook puur hypothetisch. Ik rijd nooit auto, vind het vreselijk. Zo, dat lucht op. ;)

11 september 2017

Verdienmodel

"En dit is uw verdienmodel?" de man kijkt mij vragend aan. Ik ben verbaasd en moet echt even schakelen.
Ten eerste omdat het niet één van de standaard-vragen is die vandaag tientallen keren gesteld worden, waar ik een standaard-antwoord op heb ("U woont hier?" "Ja, wat een geluk he?" of "Hebt u al die boeken gelezen?" "Ik ben op een derde." enzovoort)
Ten tweede omdat we dit weekend ons huis gratis openstellen in het kader van de Open Monumentendagen. Het kost ons eerder geld omdat het zaterdag nogal koud was en er door de open deur behoorlijk wat warmte van binnen wegvloeide die toch echt een beetje aangevuld moest worden.
Ik 'herstel' snel genoeg om te antwoorden: "Ja, dat klopt, want u mag wel gratis naar binnen, maar naar buiten gaan kost vijf euro."

Toch zet het me wel aan het denken. Ik ben natuurlijk eigenlijk wel op zoek naar een verdienmodel. Ik wil graag wat verdienen met dingen die ik leuk vind. De Open Monumentendagen zijn hartstikke leuk. We krijgen nog steeds veel enthousiaste reacties, en af en toe wat nieuwe informatie over de geschiedenis van het huis. Echt leuk dus, vooral ook omdat het niet elk weekend is. (Ik kan nu vol enthousiasme de vragen beantwoorden, ook al zijn het vaak dezelfde. Ik weet niet of dat lukt als ik ze elk weekend 30 keer moet beantwoorden.)
Entree vragen is geen optie, zou ik ook niet willen. Koffie en thee verkopen ook niet, afgezien van dat ik helemaal geen tijd zou hebben voor het zetten, inschenken en opruimen, heb ik er geen vergunning voor. Maar ik kan natuurlijk wel reclame maken voor bijvoorbeeld mijn blog over ons huis en nog wat andere dingen die ik doe. Ik neem me overigens elk jaar wel voor om visitekaartjes met een link te maken. Het is er tot nu toe niet van gekomen. Dat moet maar eens hogere prioriteit krijgen. Vind ik per slot van rekening ook best leuk: visitekaartjes ontwerpen. Aan de slag, want er komen nog meer evenementen aan.
 

6 september 2017

Hoeveel je moet fietsen voor een nieuwe band

Ik wist al lang dat ik een nieuw bandje op mijn achterwiel moest leggen. Maar ja, speciale maat hè? Dus je haalt er niet even snel een bij Hema. En zoveel andere (meest leuke) dingen te doen dat bestellen (en vooral uitzoeken welke band ik wilde) er steeds overschoot. Ik heb dus, eh optimaal gebruik gemaakt van het oude bandje zullen we maar zeggen. Nou ja, optimaal was het niet toen ik op weg naar huis vanuit Den Haag in Delft strandde. Ver van het station. Ik belde Meneer, die in Delft werkt, om te checken of hij toevallig van plan was vroeg naar huis te gaan. Eigenlijk niet, maar hij maakte het plan ter plekke. Lief toch?!

Nieuwe buitenband en binnenband kostten samen €30,75,  en vrij veel moeite om erop te leggen; ik heb hulp van drie mannen in moeten roepen om de buitenband erop te knijpen. Dat was vorige week dinsdagavond. Ik ben wel benieuwd hoe lang het duurt voor ik het bandje heb terugverdiend. Tot nu toe:

  • woensdag 30 aug, fiets in plaats van bus van Eindhoven naar Veldhoven: 1,96
  • vrijdag 1 sept, fiets in plaats van trein Rotterdam-Schiedam: 0,30 (NB1 tijdens dit ritje sneuvelden twee eieren, die ik gratis had gekregen, maar het is toch de vraag of dit nog een besparing was. NB2 een enkeltje Rotterdam-Schiedam is duurder, maar dit was onderdeel van een langere reis. Ik ben gewoon gaan fietsen in plaats van over te stappen, voor het geld hoef je dat niet te doen zoals je ziet, maar het is een lekker ritje na een relatief lange zit uit Eindhoven.)
  • woensdag 6 sept, fiets in plaats van trein Schiedam-Gouda: 2,80 (wederom was de totale reis langer waardoor dit minder is dan een enkeltje over dit traject).

Nog een paar ritjes te gaan dus. Geeft niet. Zoals de vaste lezers weten: ik houd van fietsen.



5 september 2017

Skyfall

Kronkel schreef dat mijn blogje over Bitcoins hem (of haar) deed denken aan James Bond die na een vechtpartij in een casino op het aangeboden koffertje reageert met: “Put it all on red.” Ik snap dat iemand daaraan denkt bij het bitcoinverhaal en zeker als je die film afgelopen weekend hebt gezien, zoals bij Kronkel het geval was.

Ik ben wel benieuwd hoe de vergelijking uitvalt, dus ik duik er wat dieper in. Geeft me meteen een excuus om wat Bond-fragmenten te bekijken en daar vermaak ik me altijd wel mee. Slechts twee google-zoekopdrachten en twee fragmenten later kan ik concluderen dat Kronkel Skyfall heeft gekeken. -Interessante titel in dit kader.-

Mijn eerste reactie was dat de vergelijking meteen al misgaat, want we gaan natuurlijk niet ál ons geld in Bitcoins stoppen (áls we al Bitcoins gaan kopen, maar daar lijkt het eerlijk gezegd wel op). Echter, Bond stopt ook niet al zijn geld erin. Sterker nog, het is geld wat hij aangeboden krijgt, het is echt helemaal extra. Dat hij het koffertje niet accepteert en er dus ook niet vanuit gaat dat eventuele winst bij hem terecht komt, laat ik even buiten beschouwing.

Als we Bitcoins gaan kopen, doen we dat met geld wat we over hebben, en niet bijvoorbeeld met geld dat bedoeld is voor de hypotheekaflossing met het idee dat we dan later veel meer geld hebben om af te lossen. Goede vraag is dan wel wat ‘over’ is. Het is op het moment niet zo dat we nooit meer inkomsten hoeven te genereren om te kunnen blijven leven zoals we nu doen. Een aandachtspunt om op terug te komen.

Dan het rendement. Ik weet niet zo veel van roulette, maar volgens mij zit het zo:
Als je inzet op rood en het balletje valt op een rood cijfer dan krijg je het dubbele terug. Dat is een rendement van 100%.
Het rendement van Bitcoins was over het afgelopen jaar 519%, en gemiddeld over ruim twee jaar 228% per jaar. Dat kun je met één keer put it all on red niet halen, met twee keer zit je op 400%.
Voor beide opties geldt dat je van tevoren niet weet wat de uitkomst is. Het verschil is wel dat het bij Bitcoins alle kanten op kan, en bij roulette is het rendement -100% of 100% (als je alles in één keer inzet). Bij Bitcoins kan er, zolang het rendement op je inleg hoger is dan -100% herstel optreden, maar misschien komt dat nooit of onvoldoende. Je weet bij all on red een stuk sneller waar je aan toe bent.

De kans op rendement bij roulette staat vast (als het casino eerlijk is, en daar ga ik van uit). Er zijn 37 vakjes: 18 rood, 18 zwart, en 1 groene (de nul). De kans op een rendement van 100% is dus 18/37 oftewel 0,49 bij één spelronde. De kans op een rendement van 400% in twee spelrondes is 0,24. (Toch? Wiskunde A was niet mijn sterkste vak.)
De kans op rendement bij bitcoins is niet te berekenen. We kunnen een inschatting maken, kijkend naar het verleden (geen enkele garantie), hoe het systeem in elkaar zit en hoe de maatschappij daarop reageert en hoe wij denken dat het in de toekomst zal gaan. De kans op een rendement van 100% of hoger het komend jaar? Ik durf er geen getal aan te koppelen. Als ik eerlijk ben, denk ik niet dat die kans groter is dan 0,49. Maar andersom geredeneerd:
Bij roulette is er een kans van 0,51 dat je alles kwijtraakt (een rendement van -100%). Ik schat in dat de kans dat je alles kwijtraakt als je bitcoins koopt heel veel lager is.

Als iemand mij nu 100 euro zou geven met de keuze het in het casino te besteden of aan Bitcoins, zou ik zonder twijfel voor de Bitcoins kiezen. Niet dat de redenering hierboven zo overtuigend is, maar ik merk dat ik Bitcoins, en de bijbehorende mogelijkheden een stuk interessanter vind.

4 september 2017

Bitcoins

Meneer Money Wenkbrauw en ik bellen elkaar bijna nooit. Ook niet als we elkaar wat langer niet zien. “Bellen is voor boodschappen,” zei mijn vader vroeger altijd. En hoewel hij daar niet eens zo streng in was en ik het toen niet met hem eens was, is daar iets van blijven hangen. Whatsapp heeft nooit een dergelijk stempel meegekregen en we appen er dan ook vrolijk op los. De ‘boodschappen’ en serieuze onderwerpen nemen we meteen mee in de app dus daar hoeven we dan meestal ook niet meer over te bellen.

Zo kon het gebeuren, dat ik laatst terwijl ik een paar dagen bij mijn ouders was, wat appjes kreeg over bitcoins:

Toen werd het gesprek even flauw :). Er volgden ook nog wat serieuze appjes, maar uiteindelijk leek het ons beter dit face-to-face te bespreken. Ik had al eerder een keer bitcoinuitleg van Meneer gekregen, maar een mini-opfriscursus over blockchain-technologie, wallets en dergelijke was geen overbodige luxe. En natuurlijk spraken we over waarde(-ontwikkeling), risico, betrouwbaarheid, veiligheid. Voorlopige conclusie is dat we ernaar neigen om wat bitcoins te kopen.

We realiseren ons dat het risico best groot is. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn en als het zo klinkt is het dat meestal ook. En in het verleden behaalde resultaten geven geen garantie voor de toekomst. Maar wie niet waagt, wie niet wint. En bitcoins passen bij ons: we houden van technologie, nieuwe ontwikkelingen en het onderzoeken van alternatieven -ook of misschien wel juist wel- voor zaken die vanzelfsprekend lijken. Ik moet toegeven dat Meneer de technologie beter doorgrondt dan ik, maar het lijkt me voldoende dat een van ons het echt goed snapt.

We laten het nu even bezinken (en hopen dat de koers ondertussen een beetje daalt (zoals dit weekend, jeej) zodat we goed in kunnen kopen als we definitief beslissen om bitcoins-gebruikers te worden).

30 augustus 2017

Als een raket

Zes mannen waren bij ons aan het werk. Niet voor ons – ze wilden graag ons huis gebruiken – en wij genieten ervan. Ons achterhuis is redelijk koel, maar tegen het harde werken bij tropische buitentemperaturen temperatuur was het niet opgewassen, comfortabeletemperatuursgewijs dan. Dus ging ik rond met een schaal ijsjes. Mijn assortiment bestond uit de goedkoopste raketjes en de goedkoopste chocosticks. Iedereen blij. Gulheid hoeft niet duur te zijn.

27 juli 2017

"Nieuwe" kamers

Onze logeetjes komen een weekje logeren. Doordat ze gegroeid zijn (dat doen kinderen gelukkig), is het tijd om ze een bed op te laten schuiven.

De oudste maakt een grote sprong. Hij gaat van een kleuterbed naar een tweepersoonsbed. Dat is ons normale logeerbed. Al onze logees (op de kleuters na) slapen vanaf nu in een kamer met dino-accenten. Op een goedkope plafonnière maakten we dinosporen. Er komen dinopoten onder het bed (ik ga mijn figuurzaagskills weer eens ophalen) en misschien nog wat sporen met opstrijkstof op gordijn en dekbed. Klap op de vuurpijl is de glijbaan, die is nog niet echt in dinothema, maar dat kan bijvoorbeeld een mooie staart worden. Een glijbaan op zijn nieuwe kamer was zijn grote wens. Gelukkig is ons logeerbed zo'n bed met een soort hekwerk aan het voeteneind. Op marktplaats vonden we voor een tientje een glijbaan die eigenlijk bij een halfhoogslaper hoort, maar prima aan dat hekwerk kan hangen, de hoogte klopt precies. Als we een kast verplaatsen is er genoeg ruimte om te glijden.

De jongste gaat van het peuterbed naar het kleuterbed. Dat is op zich al een droom die uitkomt voor haar. Het is ook een gaaf bed, een Pluk-kraanwagentje met stuur en lampjes. Toch wilde ik het voor haar ook een beetje aanpassen. Ze is groot frozenfan dus ging ik op zoek. Ik vond een dekbedovertrek voor 5 euro op marktplaats. Dat was 5 euro goedkoper dan een nieuwe, maar bij de nieuwe zat geen kussensloop dus deze was nog beter ook. Om het door verzendkosten niet duurder te laten worden, ging ik het overtrek halen op de fiets. Een uur heen en een uur terug. Ik heb wel even getwijfeld of dat niet wat overdreven was. Wat ben ik blij dat ik het wel gedaan heb. Ik fietste voor het eerst van mijn leven door de Maastunnel. Moohooi, en lekker fris terwijl het gisteren buiten de tunnel een beetje benauwd was. Daarna reed ik door volkswijken met gave architectuurdetails om vervolgens door het mooie zuiderpark te mogen fietsen, waar ik ook nog nooit geweest was. Tot slot reed ik vlak voor ik op mijn bestemming was nog langs wat bramenstruiken met volle paarse bramen eraan. Heb ik even van gesnackt. :) Ik heb genoten. Het was een soort uitje waar ik zo vijf euro entreegeld voor had betaald en nu was de bonus ook nog een gewild dekbedovertrek. Ik maak het kamertje af met wat roze accenten, heel cliché, maar zeker goed voor het gevoel bij onze kleuter dat het echt haar kamertje is geworden.

Eerlijk gezegd hebben we niet alles budget gedaan. De bediening van het licht moest gesplitst worden, de lampen in voor- en achterkamer waren te bedienen met één knop en konden dus alleen tegelijk aan of tegelijk uit. Ooit moeten daar nog eens nieuwe draden getrokken worden, maar dat is een flinke klus omdat er dan ook nieuwe stopcontacten en zo bij moeten. We hebben ervoor gekozen om onze tijd en energie in de leuke details te stoppen (hoewel die kast verplaatsen ook niet echt een lolletje is) en wat meer geld uit te geven aan een draadloos systeem. Minder zuinige investering, maar het scheelt klusfrustratie (draden trekken is altijd een gedoe en dan het gepiel met die draadjes in stopcontacten; je moet er heel zen voor zijn om dat leuk te vinden zal ik maar zeggen) en maakt ruimte voor de leuke dingen. Bewuste keuze dus.

Vandaag en dit weekend nog even hard aan de slag (nog niet alles is af) en dan kunnen ze komen.

25 juli 2017

Te laat

Het was natuurlijk een risico die cliffhanger. Maar als je niets nieuws probeert, kun je jezelf en anderen ook niet verrassen. Wat was de cliffhanger ook al weer? Ik zou, ruim twee weken geleden, vertellen wat er anders was aan mijn financiële situatie. Het is er tot nu toe niet van gekomen, maar hier istie dan:

Tromgeroffel

Voor het eerst sinds ik met mijn voorproefpensioen ben begonnen, hoefde ik aan het einde van de maand geen geld aan mezelf over ze maken. Dat was omdat ik wat uitbetalingen had kunnen laten doen. Uitbetalingen van Klezzer, advertenties en airbnb. Niet eens van euroclix die laat ik voorlopig nog even staan om meer waard te worden. Ik zit op koers voor de €325,-.
Ik had blijkbaar ook zuinig geleefd want er stond met die uitbetalingen voldoende geld op mijn rekening om nog een maand van te kunnen leven. Mijn voorproefgeld bleef dus afgelopen maand onaangeroerd op de spaarrekening staan. Niet dat dat nou zoveel rente oplevert, maar wat ik nu niet opmaak kan ik later nog gebruiken.

Ik haal dat bij lange na niet elke maand. En één keer in de 14 maanden is net te weinig om de tijd tot mijn officiële pensioen te brengen, maar ik vond het toch een mijlpaal om een beetje trots op te zijn.